10 heb bekomen, niet alleen uit liet door Ermerins uitgegevene handschrift het Paradisus Mariaemaar ook door een in de la- tijnsche taal geschreven extract uit eene oude chronijk van dit klooster, in het zoogenaamde Register perpetueel voorkomende. Omtrent het kloostergebouw der Zwarte zusters, blijkt alleen uit een contract, door deze in het jaar 1496 met den pastoor te R. aangegaan, dat hetzelve stond //ten oosten van het Iiilligen- geestenhuis," en tot op dien tijd van een toren en klok was voor zien, welke zij toen zijn verpligt geworden om af te breken. Hiertoe bepaalt zich al wat ik ten aanzien van de in- en uit wendige gesteldheid der stad heb kunnen ontdekken, zoo dat ik nu overga tot het tweede gedeelte mijner beschouwing, namelijk II. Een onderzoek naar de plaatselijke regering, liet kerkelijk bekeer enz. De plaatselijke regering was toevertrouwd aan een balliu, twee burgemeesters en doorgaans tien of elf schepenen, benevens een secretaris en een ontvanger of thesaurier. Jaarlijks in de kersdagen had volgens privilegie van Albrecht van Beijeren, gegeven op zondag na St. Marcus 1392, de zooge naamde vernieuwing der wet plaats, gelijk die ook in de weder gevondene scliepensregisters, loopende van 1480-1630, telkens is aangeteekend, zoo dat men over dit 150jarig tijdvak eene volledige lijst der burgemeesters, schepenen en verdere stedelijke beambten zoude kunnen opmaken en alzoo aanvullen de te dien opzigte bestaande leemte in de kronijk van Smallegange, die zulks van de overige steden dezer provincie heeft te boek gesteld. In 1437 had Philips de Goede de vergunning verleend tot aanstelling van vier stads thesauriers, doch het is onzeker of wel zoodanig viertal werkelijk in dienst is geweest, daar er toch in het laatst der 16de eeuw maar één thesaurier bestond. Onder toezigt van het collegie van burgemeester en schepenen behoorde ook eene stedelijke weeskamer, waarvan de bestuurders telken jare op nieuw werden benoemd, op gelijke wijze als de gasthuismeesters, vuijtermeesters, ziekenmeesters en heiligen- geestmeestersvoorts worden onder de stedelijke beambten nog

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1857 | | pagina 10