59
was deze arbeid dat de fransche opperbevelhebber Molitor hem
deswegens in de volgende termen zijnen dank betuigde n J'ai
lu votre reconnaissance de la Nord Hollande avee beaucoup
d'attention et d'intérét: le soin et Texactitude judicieuse avec
lesquels elle a été faite, le plan qui y est joint, ne laissent rien
a, désirer. Veuillez bi en en recevoir tous mes remerciments."
Voorwaar een groote hulde van een Eranschen generaal aan
een Hollandsch officier
Slechts weinige dagen daarna werd zijn meer rustige, doch
niet minder loffelijke werkkring, te Texel afgebroken, door eenen
brief van den minister van oorlog van 31 October 1813, waarbij
hij gelast werd zich als kapitein der genie binnen 24 uren naar
Coevorden te begeven. He herhaalde nederlagen der Eranschen in
Duitsohland, de aannadering der pruissische en russische legers
naar de grenzen, vooral de nabijheid van een korps kozakken in
Westfalen en de spanning der gemoederen in Nederland, die
eenen opstand deed vreezen, noopte de Eransche regering om
vooral de vestingen van genoegzaam garnizoen te voorzien.
Vooral Coevorden scheen den eersten aanstoot te zullen lijden
en de ondervinding bevestigde dit. Naauwelijks was Ackermans
binnen de vesting of de blokkade nam eenen aanvang. Eeeds
op den 12 november werd de vesting in naam van den keizer
van Eusland opgeëischt. Het antwoord was natuurlijk afwij
zend. Hoezeer toch het garnizoen uit slechts 900 man bestond,
was echter de vesting rijkelijk van geschut en krijgsbehoeften
en tamelijk van levensmiddelen voorzien. De aanvallers beston
den uit, nu eens meer, dan weder minder, talrijke Eussische
troepen, maar hoofdzakelijk uit de landweer van Overijssel en
Drenthe, die inmiddels tot volslagen opstand waren gekomen.
Dagelijksche gevechten en uitvallen van het garnizoen waren
daarvan het gevolg. Zoo stroomde van wederzijdeeenig bloed,
zonder dat het tot eenen ernstigen aanval of geregeld beleg
kwam.
En intusschen waaide de Nederlandsche vlag reeds in geheel
HollandWillem de I was reeds den 1 december te Amster
dam als souverein vorst ontvangen. Op de weinige vestingen