in bruikleen afgestaan, die ik een mooie plaats in het
geheel heb kunnen geven. Mariann Gergely houdt zich
met Nagybanya bezig, evenals Györgyi Szücs, het hoofd
van de afdeling igde/zoste eeuw, die wij later die och
tend in de Nationale Galerij troffen. Györgi Szücs was
onder meer verantwoordelijk voor de samenstelling
van de catalogus bij de schitterende tentoonstelling en
publicatie Nagybanya müvészete. KialUtas a nagybanyai
müvésztelep alapïtasdnak 100. Évfordulója alkalmaból
(Magyar Nemzeti Galéria, Budapest 1996). Hij droeg
ook bij aan de teksten, zoals Mariann Gergely en
haar collega Zsuzsanna Bakó die ik in 1997 tijdens
mijn eerste speurtochten naar de Góths in Budapest
heb ontmoet. De Góths komen niet voor in de publi
catie, alleen Ada wordt terloops genoemd. Natuurlijk
was de rol die Maurice en Ada Góth in de in hun
tijd Hongaarse nu Roemeense kunstenaarskolonie
Nagybanya hebben gespeeld - veelbelovend, maar uit
eindelijk door allerlei omstandigheden bescheiden - het
voornaamste onderwerp van ons gesprek en kwam al
gauw ook Domburg aan de orde.
De kolonies hebben alleen al gemeen dat ze zich
beide tegen de achtergrond van een prachtige, heel
specifieke natuurlijke omgeving hebben ontwikkeld.
De Nationale Galerij werkt in haar Nagybanya-onder-
zoek veelal samen met de Mission Art Gallery van
Laszló Jurecskó, die met zijn collega Zsolt Kishonthy
Maurice Góth, Oude wijngaard
in Zuid-Frankrijk, z.j., olieverf
op doek.
belangwekkende Nagybanya-geschriften op zijn naam
heeft staan. Hun Budapestse galerie is gevestigd in de
Falk Miksa utca, een ware verzamelplaats van galerieën.
Daarvandaan is het niet ver naar de vele antiquariaten
in de binnenstad. Het leek bijna vanzelfsprekend daar
op de dagen na de opening - die, zoals in Hongarije
gebruikelijk, op een donderdag plaatshad - vele van de
Nederlandse dinergasten tegen te komen. Ze hadden
bijna allemaal een lang weekend Budapest geboekt.
De Opera aan de Andrassy üt, de Vaci utca, Budapests
beroemdste winkelstraat, en de Központi Vasarcsarnok,
de indrukwekkende oude centrale markthal op het
Kalvin-plein waar je letterlijk van alles kon kopen,
stonden ook op hun programma.
De universiteit
Onder de eerste bezoekers van de tentoonstelling was
een groep studenten van de Eötvós Lorand Universiteit.
Ik kwam hen weer tegen tijdens de colleges die ik op
uitnodiging van de vakgroep Nederlands, onder auspi
ciën van Judit Gera, in de week na de opening van de
tentoonstelling aan hun universiteit gaf. In het gebouw
aan de Ajtósi Dürer sor waande ik me ogenblikkelijk
terug in mijn eigen studententijd - uitgewoond, met
niet te geloven wc's en op het oog minimale voorzie
ningen. Maar het enthousiasme van de studenten was
hartveiwarmend. De studenten van Judit en Lieve de
13 Zeeuws Tijdschrift 2001/1