_n monu
foor
Het heeft iets gênants, concurreren met eikaars
ellende. Wie was er erger aan toe? De joodse
slachtoffers van de nazi-vervolging, de zigeuners, de
homoseksuelen of de slachtoffers van de Japanse
bezetting in Nederlands-lndië? Vertegenwoordigers
van deze gemeenschappen hebben er nog niet zo
lang geleden over gesteggeld met het kabinet Kok
en met elkaar. Nieuwe rampen legden hen tijdelijk
het zwijgen op. Recent en dichtbij huis de grote
cafébrand in Volendam en al weer iets langer geleden
de vuurwerkramp in Enschede. Verder weg, maar
heel recent de grote aardbeving in India. In aard en
omvang onvergelijkbare grootheden, maar bestaat
er een graadmeter voor ellende?
Ontwerp voor het nationaal Deltamonument van Gust Romijn (1984).
Peter van Houte
Als uitsluitend de macht van het getal telt, valt de een
bij de ander in het niet. Maar op emotioneel vlak heb
ben ze veel gemeen: vele doden, gewonden, verlies van
huis en haard, de bodem onder het bestaan vandaan
geslagen. Om dat te verwerken herdenken mensen en
bouwen monumenten om de herinnering levend te
houden 'opdat wij nooit zullen vergeten.'
Dat rouwen, verwerken en herdenken gebeurt
tegenwoordig veel openlijker dan vroeger. Tenminste
in onze rijke westerse samenleving. In India en - nog
recenter - in El Salvador kan met zich dat niet permit
teren. Daar gaan alle aandacht, tijd, geld en middelen
naar eerste hulp en de wederopbouw. Vlak na de
Tweede Wereldoorlog was dat bij ons ook zo. En na
de Watersnoodramp van 1953 eveneens.
Nationale Ramp
Zeeland kent immers zijn 'eigen' ramp, dé Ramp; de
grootste natuurramp sinds de Allerheiligenvloed van
1570. In Zuidwest Nederland verdronken 1835 men
sen en tienduizenden dieren, ongeveer 100.000 men
sen moesten evacueren, 4500 gebouwen werden ver-
20 Zeeuws Tijdschrift 2001/1