De overgang
I H
ZEEUWS ERFGOED
nr. 3 2022
Afbeelding onder
Zierikzee rond 1572
bron: Rijksmuseum,
Amsterdam.
Niettemin vormden ze een permanente dreiging.
Ze plunderden een aantal dorpen, zonder enige
tegenstand. Ook de Waalse soldaten misdroegen
zich. Het gevolg was dat de bevolking hen liever
zag vertrekken om plaats te maken voor de
De dreiging kwam nu van drie kanten. In het
noorden lagen de geuzen. Zij hadden ook
Duiveland in hun bezit en bedreigden daardoor
ook vanuit het oosten de stad. Aan de zuidzijde
zeilde de geuzenvloot. Het stadsbestuur zat, zoals
het zelf zei, als een muis in de val. Op 3 augustus
legde een vloot van twintig schepen uit Veere aan
bij de zeedijk, maar de schepen werden door de
Walen teruggedreven. Op 4 augustus ging een
noodkreet van het stadsbestuur uit naar de hertog
van Alva. Voor de tweede keer landden de geuzen
en dit keer lieten ze zich niet verdrijven. Ook de
volgende dag werd er hevig gevochten, met vele
slachtoffers tot gevolg.
Het stadsbestuur en de militaire commandant,
Adriaan de Renaix, beseften hoe hopeloos de
toestand was. Op 8 augustus, om twee uur ’s
nachts, overvielen de geuzen de versterking aan
de zuidzijde van de havenmonding. Het stads
bestuur zag het nutteloze van verzet in en verzocht
De Renaix met zijn troepen te vertrekken. Die hield
de leden van het bestuur voor dat ze streng
gestraft zouden worden voor dit verraad aan de
koning. Het was de Veerse burgemeester Richard
geuzen. Het stadsbestuur wilde echter onverkort
vasthouden aan zijn steun aan het koninklijk gezag.
Afbeelding*
Feestende jeugd met
vliegers in Zierikzee, 1922
bron: Zeeuws Archief,
beeldcollectie
Schouwen-Duiveland.
6