S.G.R
■-JÈa SLLANn
Go
-
Rooskleurige toekomst
Interne opleidingen
11
w van W*
www.destoomtrein.nl
ZEEUWS ERFGOED
nr. 4 2022
10
Tijdens de treinrit is er altijd een machinist
aanwezig, meestal twee stokers en drie
conducteurs, inclusief een hoofdconducteur.
Aad vertelt grinnikend: “Wanneer ik de stokers
de trein uit zie komen, is hun witte overhemd
helemaal zwart, ik vind het schitterend. Je kunt
in ieder geval wel zien dat er gewerkt is!”
Bij de stoomtrein worden ook interne opleidingen
gegeven. Daarom zijn er ook vaak twee stokers
aanwezig tijdens een rit, eentje om het vak te
leren. Het zijn allemaal praktijkopleidingen. Eerst
wordt er een schriftelijk examen afgelegd en dan
mag je mee op de locomotief om het echte werk
tijdens het lopen door de trein van alles vertelt
over de coupé, de geschiedenis van de stoomtrein
en de dingen die op de route te zien zijn. Ook roept
hij de naderende stations om via
de microfoon. “Wanneer er Zeeuwen in de trein
zitten doe ik dat op z’n Zeeuws.” Interactie onder
de bezoekers is wel gegarandeerd. “Kaartjes laat
ik vaak knippen door de kinderen en dan zeg ik
tegen ze over de volwassenen ‘hun kunnen dat
niet hé’.” Hij vindt het fantastisch om grapjes te
maken en de kinderen te vermaken.
“Het is leuk dat we zo’n grote groep vrijwilligers
hebben die zo afwisselend is. De ene is technisch
en kan misschien niet zo goed met mensen
overweg als de ander. Door de combi van
techneuten, medewerkers in het onderhoud,
gastheren en gastvrouwen, houtbewerkers en
nog veel meer kan de Stoomtrein Goes-Borsele
voortbestaan”, vertelt Martin
Alle treinstellen en onderdelen in bezit van
het museum staan nu nog buiten opgesteld.
De bedoeling is dat het museum in de toekomst
voor een groot deel overdekt wordt, zodat alle
treinen binnen gestald kunnen worden.
“Naast de enorme kostenpost van dit project,
kost dit ook nog eens enorm veel tijd. Wanneer
het één af is, begint de volgende klus weer”,
aldus Aad.
Het voormalige RET-gebouw in Rotterdam, waar
vroeger de trams werden gestald en gerepareerd,
is afgebroken en naar het terrein van de
Stoomtrein verhuisd. Voordat het gebouw in
bezit was van de RET, was dit de fabriek van trein-
fabrikant Allan. Dit maakt het gebouw toch wel erg
uniek. Martin vertelt dat een vrijwilliger lucht kreeg
van de sloop van het gebouw. Deze heeft er toen
alles aan gedaan om het gebouw naar Goes te
laten komen en dat is gelukt! Het gebouw moet
nog helemaal opgebouwd worden en alle
onderdelen hebben eerst nog een likje verf
nodig.
te leren. Dit traject duurt vaak twee jaar. Ook is het
mogelijk om door te stromen, zo kan bijvoorbeeld
een stoker doorstromen tot machinist.
“Om te slagen voor de praktijkopleiding moet je
echt een aantal handelingen laten zien en kunnen
uitleggen. Een andere collega-vrijwilliger neemt
deze toets af”, aldus Kees.
Voorheen was de stichting altijd een club die
veel grip had op de jongeren, er was een goede
combinatie van jongeren en ouderen.
Tegenwoordig is dat minder en dat vinden
de vrijwilligers jammer. Martin: “Voor bepaalde
functies hebben we ook jongeren nodig om
de toekomst van het museum te waarborgen.”
De vrijwilligers van de stoomtrein zien de
toekomst rooskleurig tegemoet. Er liggen mooie
plannen klaar en onlangs zijn er twee nieuwe
motorwagens opgeleverd. Trots laten de
vrijwilligers deze gloednieuwe motorwagens
zien, waar meer dan tien jaar hard aan is gewerkt.
De wagons zijn een replica van een oude
passagierstrein uit 1927. De oorspronkelijke trein
is er niet meer, daarom moesten de wagons
volledig gebouwd worden aan de hand van
oude tekeningen en foto’s.
Afbeelding
Metalen plaatje aan de
replica van de motor
wagen die hier in 1927
reed, waarop staat dat
deze gemaakt is door
vrijwilligers van de
Stoomtrein Goes-
Borsele.