88 J. VEIRAd OVER DE ROTKOORTS
genheden der befmettelyke Rotkoorts
zorgvuldig vermyd werden.
Ik beken, dat dit voordel aan veele
tegenwerpingen onderhevig is; echter
z rn rr-ogelyk de gewigtigfte derzelven
van minder belangdan zy in den eer
den opflag fchynenen het zou weinig
moeke inhebben om, ingevalle de Com,'
pagnie de kosten, welke de Volkhou
ders aanwendengeheel voor haare re
kening nam, en by gevolg zich ook de
voordeelen, die zy erlangen aanmaatig-
de, aantetoonen, dat myre bedenking,
niet alleenniet onuitvoerlyk ismaar ook
min kostbaardan men zichby eene
oppervlakkige overweeging der zelve,
ivoorfteid, Zou men (om iets te noe
men) den aangeworven Matroos met het
een of ander werk, ten voordeele van
de Maatfchappy niet kunnen onledig
houdenen even daar door eene winst
verkrygen, waar van de Volkhouder is
verilooken? Zou men door deze fchik-
king niet in flaat gefield zyn, om het
volfirekr onbedreeven volk min of meer
in de Zeevaart-kunde en hunne byzon-
dere posten teonderwyzen? en, daarliet
hier voornaamlyk op aankoomt, zou de
pitgeffeningvan eendiergelyk plan, niet