HO J. HARGER OVER HET
boven die wyze van be declinewelke nu
byna alomme plaats heeft. Men leeft in
verre uitziende dagen, waar in de ar
moede groot, algemeen, en ondrage-
lyk voor veele armen-kasfen geworden
is. Veele zyn de Steden en noch meer
der de Dorpen in ons Vereenigd Ne
derland en genoegzaam van alle kan
ten hoort men klagen over den hoo-
gen nood der armen en derzelver
fondfen.
Hetbedeelen der armen is niet over
aleven eens, maar zeer onderfcheiden
in de Steden en op de Dorpen van ons
Vaderland.
'Er zyn Steden en Dorpendaar de
Diakonen alleen de ledematen bedee-
len: by andere worden, die geen le
dematen zynonder den naam van
Stads of Heiligen Geest Armendoor
Regenten, Armbezorgeren, of onder
anderen tytel naar plaats-gebruik gea-
limenteera.
'Er zyn Steden en Dorpendaar de
armen onder elkander door Diakonen
worden bedeeld doch heeft by de
minfte plaats*
De gealimenteerden worden best
verdeeld in drieërley foort, onder den
naam