35° W. ÜDEMANS OVER DE
Dit vooren gefielde zal ik nu proef-
ondervindelyk flaaven met de egte
berigten van zeer bekwaame en erva
rene Zee-Officieren en fcheeps Chirur-
gyns, en wel in de eerste plaats met
het vervolg van den brief van den Wel
Ed. Geflrengen Heer Stavorinus, het
geen nu alhier te hade komt en dus
luidt.
Wanneer ik den 10 Maart van voor Vlis-
fingen in zee zeilde waren 'er nog onge-
veer 80 zieken aan boordwaar onder 'er
3, verfcheide zeer gevaarlyk warenen onder
welk getal de Oppermeester één was, als-
j, mede de eerste Ondermeester {en de tweede
Ondermeesterbenevens den Derdemeester
by na gtene de minste kundigheiden vooral
ge ene ondervinding hadden om zoo een aan-
merkelyk getal van zieken gade te Haanen
dus waren de zieken ten opzigte derinwen-
dige middelen aan hun zelfs overgelaten het
bieek egter van agter, dat de noodzaakelyk-
heid van het gebruiken van de inwendige
s, middelen zoo dringende niet was, of de na-
3, tuur aan haar zelfs overgelaten werkte zoo
3, veel ten besten dier ellendige uitdat zy agt
dagen na ons vertrek allenskens begonnen
te herfteilenzoo dat hun getal een maand
daar naflegts maar vyf en twintig beliep»
tn den 25 April de L'me pasfeerende, had
j, ik het genoegen geen zieken meer aan boord