DES KOLYKDARMS I?7
gantsch leedig, zonder eenige polypeufe
bezetting.
III. Behalven de noodzaaklykheid
der ontleedingen van menfchen aan
langduurige en verhooien ziektens ge-
ftorven, trek ik uit deze Waarneeming
de volgende Aanmerkingen die be-
fchouwd in verband met de opgaave
der Ziekteen de gefteldheid der In
gewanden haare nuttigheid kunnen
hebben.
i. De ongeileldheid der Longen is
het gevolg der ziekte geweest en niet
haare oorzaakwant daar deze ziekte
veele Jaaren langop dezelve wyze
had geduurtkan men myns erag-
tenszonder ongerymd te zyn niet
Hellendat de long oorzaak van dezel
ve geweest zyveel min dit uit de ge
fteldheid van dit Ingewand by onze ly-
deres na den dood befluiten. Ik geloof
dat men al dikwyls ten onregte de long,
als de oorzaak van langduurige ziektens
befchuldigt, en men wel eens voorby-
ziet het geen kort voor en onder het
fterven gebeurt.
Nochtans is het ten overvloede be-
vu, mui, M wee-