van maar voor twee, drie, vier ofvyf
maanden, voor den wintertyd.
Wat zal men nu doen in dezen? ver
beelden wy ons eens een huisgezin
van zes menfchen vader moeder
(en foms noch zwanger) en vier kin
deren de man als het hoofd des
huisgezin van elders geïndemneerd
geheel buiten werk en middelen van
behaangeeft zyn nood te kennen.
Men krygt vryheid om aan hem tc
mogen bedeelenweekelyks zes hui
vers en dat wel voor de 5 winter
maanden.
Men volgt de gewoonte, om aan de
overige 5 Perfoonen, die aan ons be-
hoorenvoor ieder ook zes huivers in
de week toe te haan dat dus te za-
men een bedeeling van 36 huivers uit
maakt. Dan fchikt men zoodaning een
bedeeling ten meesten nutte van 't huis
gezin aldusin een week 6 brooden
3 tarwe ieder van 3 pondenen 3
rogge ieder van 4 ponden ieder
brood door elkander berekend zynde
op 4 huivers bedragen zy famen 24
huivers, hier noch bygevoegd 12 hui
vers maakt 36 huivers. Op zich zei
ven genomen, is het een goede win-
vii. deel, JJ ter-
ONDERHOUD DER ARMEN. 49