39$ A- VAN SOLINGEN OVER EENE
antfchen omtrek van het Chorium uit
et zelve in den Uterus gaan (g).
Dat zyn Ed. wyders, ter plaats van
de vereening der nageboorte nog
een groot-er meenigte gezien heeft,
welke uit de Placenta in de Pori van
den Uterus gaande, duidelyk de ver
eening van de vaten der baarmoeder
en nageboorte aan het oog vertoon
den (h).
Dat ook aan den wortel der Placenta
takken zigtbaar waren, daar de opvul
lende (tof was ingedrongenwelke
hunnen oorfprong namen uit vaten
die uit de Sit jus van den Uterus in den
grond der Placenta indrongen (1).
Dat hy derhalven de ftof, die hy
door een tak van de Arteria llïaca hadt
ingefpoten in de vaten van de Placen
ta en van het Chorium diep hadt zien
doordringen (k)befluitende zyn Ed.
uit dit alles dat men van een verkeerd
gevoelen waswanneer men ftelde dat
de vogten niet uit de moeder na de
vrucht, en uit deeze na de moeder,
door
(g) W. NOORTWYIC L. C. p, 9. 6, 2°.
(h) Tbid. p. 10. 7.
(ij Ibid. p. xr. 7- 2°.
(k) lbid, p, li.