112 G. W. CALLENFELS ANTWOORD
maal daags een romertje van gebrui
ken of die de cortex peruvianas ge-
duurig kaauwen, of dezelve op wyn
getrokken drinken: dit is zomwylen
wel eens van effedt.
Dan het plaatfen van welriekende
bloemen en plantgewasfen in de ka
mers om eenen aangenaamen reuk te
hebben, als daar zyn Meyen, Lelien,
Roozen en anderen, dient meer tot
verderf van de lucht; gelyk door den
Heere lngenhousz is getoondl.c. p. 176.
en in de Voorrede van den Vertaler
die 'er gedugte ongevallen van heeft
aangeteekend, dus moet men zich daar
voor wagten.
Ik zal niets meer zeggen van voor
behoedende geneesmiddelen, dan alleen
dit, dat te groote en angstvallige voor
zorg, en te veel medicamenten ter
voorbehoeding te gebruiken, erger
is dan het kwaad zelve, en van nadee-
lige gevolgen: eene goede leefregel in
acht te neemen is het voornaamfte.
En zo hebben wy de behoedmidde
len, zo in het weeren der oorzaaken
van de koortfenals in de geneeskun
dige middelen beftaande voorgehou
den, en hebben 011s met het eerftehet
langst