64 NAJAARSL NATUUR. 177. In de behandeling Van het tweede deel der vraag word eerst aangewezenwat middelen dien- ftig zyn, om V001' deze geduchte koortfen behoedt te worden: bl. 187. hoe die best in te voeren? bh 25S. en'dan, welken de krachtdadigfle middelen ter genezing derzelven zyn, wanneer zy reeds woeden. Hiertoe Word vereischtde beledigende ftoffen te verbeteren, of uit te dryven; bh 263. derzelver voortgang tegen te gaanbh 286. en de krachten der lyderen te onderfteunenbt. 306312. Zie mede Febres catarrhales. NATUUR, (dé werkende) Wat men hierdoor in de Geneeskunde ie verfiaan hebbe? onderzocht door J. jmacqüeT.' II. Deelbh 161230. De ver- fchillende gedachten over dit onderwerp van vroe gere en latere mannen. bh 161. De Schryver ver- Raat daardoor dat gene, 't welke by de Genees- heeren het leven genoemd word. Wat dit zy, durft hy niet bepalen: zyn oogmerk is alleen, om de overkomst tusfchen de werkingen der natuur en van het leven aan te toonenen dat dezelve maar ééne kracht uitmakenwelker denkbeeld hy naauw- keuriger zal bepalen, bh 167. Dit veroorzaakt ftof tot twee höofdftukken in het eerfte hoofdftuk word de werkende natuur in den gezondenbh 169-195.- in het tweede in den zieken (Iaat be- fchouwden aangetoonddat alle die Werkingen in het levendoor de Godheid in de ftof gegoten be-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 136