PREDIKER. PR OP II ET IE.
87
draalt, hl. 193. En dus dient salomo's gautfche
redenering tot een treffend betoog van de tegen-
overgefteldc waarheiddaar moet een leven na
dit leven zynwaarin eene juiste belooning zal
plaats hebben"hl. 204. tenvyl tot llot daarby
gevoegd word wat deze uitlegging aanpryst. hl. 207.
en 208.
PROPHETISCI1E historie. Verhandeling over
dezelve: door josua van iperen. II. Deelbh
361412. In deze Verhandeling merkt de Sc'nry-
ver op, dat niet de gefchiédkundigc befchryving
van den Levitifchen Godsdienstmaar wel de af
beeldingen naar dezelve ingerichtfchaduwcn en
voorbeelden waren. bl. 361. En dat zoo ook, de
vervulling van voorfpelde gebeurtcnisfen in fommige
gevallen, als prophetifche toefpelingen zyn te be-
fchouwendie dan met de prophetifche gezichten
veel overeenkomst hebben, hl, 363. Wil men dan
dezen en anderen voorzichtig overbrengen, men zal
zich dc gezichten levendig voor den geestof in
eene print, en de gefchiedenislen in derzelver wa
ren aard, naauwkeurig vooral moeten voordellen.
hl. 365. Zulke prophetifche toefpelingen of hiftorien
dienen, in de verklaring der Heilige Schrift, ter
wegneming van vele zwarigheden: bl. 36S. zy
zyn van eenen byzonderen nadruken gods wys-
heid, almacht, goedheid, en waarheidworden
daardoor luisterryk verheerlykt. hl. 369. Dit word
door eenige voorbeelden opgehelderdais het Lied
F 4 van