REIS-
RADERDIERTJES. RAMMEKENS. 91
dat dezelven eigenlyke hermaphroditen zyn dat
zy door eitjes voortteelen waaruit zeer kleine
diertjes voortkomenwelker gedaanteverwisfeling
hy van tyd tot tyd naauwkeurig opgeeften in
eene Plaat afbeeldt.
RAMMEKENS. Iliftorifche verhandeling over dit
kasteel door jacobus ermerins. III. Deel
hl. 133176. Eerst word de naamsoorfprong on
derzocht; hl. 133. dan de opbouw van Ramme-
kens befchreven; hl. 138. en eindelyk de hiflorie
van dit kasteel opgegevenwaarin het aanbelang
van deze vesting, en derzelver inneming door de
Prinsgezindenop den 5. Aug. 1573. word ver
haald; bl. 149. de gevolgen daarvan opgegeven:
hl. 157. en dan de gefchiedenis van het kasteel
vervolgdwaarinonder verfeheidene byzonder-
hedengemeldt wordhoe hetzelve aan Koningin
elizabet van Engelandtot een onderpand
voor de hulp "die zy aan het Gemeenebest bewees
werd overgegeven, op den 29. Oct. 1585. hl. 159.
en in bewaring der Engelfche bezetting bleef, tot
dat het, na voorafgegane onderhandelingen met
Koning jacob in den zomer van 't jaar 1616,
benevens Flisfingewerd ingeruimden aan
Staatsgemachtigden overgegeven bl. 171. blyd-
fchap daarover betoond: hl. 172. Slot: bl. 17s
—176 (*)-
(*3 Gedurende hee drukken van dit Reffier, deelde de Beate