SCHEPEN. ioi <s 4at zy minder afdryvenen beter oploevenbh 22b. bekwamer by zwaar ftormweder en, hoogloo- peiide ftortzeeën zyn bh 223. voordeeligerniet alleenom de manfchappen gezond over te bren gen; bh 245, maar ook, om een grooter getal tc voeren; bh 260. vooral wanneer 'er vele zieken aan boord zynbh 267. allermeestom dat men ter voorkoming van de befmetting, de zieken be ter van de gezonden kan afzonderen, bh 287. Hierop word proefondervindelyk opgegevendat een fchip, r55. voeten lang, op dezelfde wyze be laden 2óf lasten meer voertdan een fchip van 150. voeten; en 71. lasten meer, dan een fchip van 140. voeten, bh 295. Eindelyk worden twee be denkingen voorgefteld en weggenomen, bh 297— 299. lie antwoord op dezelfde vraag door Willem udemans. VII. Doelbh 300360, Na eene korte inleiding: bh 300. wyst de Sehryver mede aan de fchepen van r^. voeten den voorrang toe boven die van 150. voeten: om dat zy minder diep vatten in het water; bh 303. en meerder naar evenredigheid inladen, bh 308. Eu dan word aan getoond, dat de driedeksfcheperi veel (boven de kuiliehepea) voorhebben, in dezelven te bellie ren zoowanneer zy onder zeil zullen gaan als vooralwanneer zy onder zeil zynen met liorm* weder overvallen worden bh 309. zy loeven ook beter op, en dryven minder af: bh 314, dan G 3 wor-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 173