■jo BEGRAVEN. delenom dezelve te doen ophouden" door Mr. joh. did. van leeuwen. XII. Deels,i. Jluk: bl. i36. Vooraf laat de geleerde Schryver eene inlei ding gaanter aanwyzing van de gepastheid dezer vraagbl. 3. dan verdeelt hy dezelveovereen- komftig het voordelin twee hoofdzakenvoor eerst in eene redengevingwaarom die nadeehge gewoonte in onze republik nog al blyft [tand hou den terwyl derzelver fchadeiykbeid ten vollen be wezen en vry algemeen erkend is. en dan in de vraag zelvewelke zich mede in twee deelen fplitstvooreerstwelke de verfchillende redenen zvnwaarom die nadeelige gewoonte nog al blyft Hand houden ten anderenwelken de beste mid delen zyn, om dezelve te doen ophouden? bl. 5. I11 't eerfte deel vindt men eene tweeledige vooron- derltelling: dat namelyk de fchadelykheid dier ge woonte niet alleen ten vollen bewezenmaar ook vry algemeen erkend zy. Het eerfte ftaat de Schry ver volkomen toebl. 6. maar aan 't andere kan hy zoo volledig zyne toeftemming niet gevenuit aan merking van het eerste deel der vraag zelvederede nen waarom die gewoonte nog al blyft ftand gry- pen: van welke wel eene der voornaamfte is, dat derzelver fchadelykheid onder ons nog niet genoeg bekend is, en erkend word: bl. 8. blykens de rede kavelingen welken van velen daartegen worden aan gevoerd: bl. 10. en dat 'er nog zoo weinige voor beelden in ons Land zyndie zulks ter naarvol- ging ftaven. bl. 14. Echter is 'er nog eene mee- jiigte andere redenen, die voortvloeijen uit onkun de

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1786 | | pagina 82