176 J. F. MULLER ANTWOORD
was door gatltsch Europa in die jaaren
niet zeer voordeelig, zoo dat Zeeland
eindelyk onder dien last bezweek. Dc
voordeelen uit den Koophandel en
Werken van nyverheid waren niet toe
reikende, dat verlies op de Wisfel-
fchade goed te maaken; waarom men
ook van dien tyd af meer gebrek aan
Standpenningen begon te befpèüren.
Een fpreekend bewys, dat men federt
de tweede Verhooging eerst regt blyk-
baar pasftef hadt gehandeld. Voor
dien tyd hadt men in Zeeland het ver
lies op de verhoogde Muntfpecie, door
een meer bloeijenden Koophandel,
kunnen Hoppenmaar federt moest
men aan Holland dat different vergoe
den, zonder naar evenredigheid meer
voordeelen behaald te hebben.
De Verhooging in het jaar 1762, op
53 Huivers, leide den grond, om de
Negotie van. Zeeland gantsch en al
den bodem in te Haan. Misfchien zou
'er noch maar ééne Augmentatie tot 54
Huivers noodig wezenom den Han
del binnen kort te doen ophouden.
Immers is de Wisfelfchade, na 1762,
doorgaans gebleeven op 23 tot i\ per
Cent y en welke nadeeJen de Koop-
han-