2/2 a. 's gravezande over eene
OOk VOOr DEZELFDE GEVALLEN té
houden zijn (c)."
7. Maar laat ons nu deeze ver-
haaien wat meer van nabij bezienen
eerst letten op Mattheus 9: vs. 1—26.
Het Blijkt duidelijk, dat het begin van
vs. i. Ende in bet [chip gegaan zijnde
voer hij overende kwam in zijne stad;
is een vervolg van het verhaal, H. 8:
28—34betreffende Mus handeling
omtrent twee van den Duivel bezeten
in het land-der Gergefeenenwaar van
het bericht in de ft ad koo mende, vs. 33,
de gebeele (lad vs. 34 uitging, Jefus te
gemoet, biddende dat hij uit hunne
landpaalen zoude vertrekkenen
dus niet in hunne ftad of Heden in-
koomen. Jéfus deed zoo, Hij ging te
fcheep, voer over en kwam in zijne
ftad. Of zoo als 'er woordelijk Haat:
Big TYjidictv tzcXivdat is: in, of tot zijn
eigen (lad. Welke deeze ftad zij, zal in
het vervolg uit liet nader onderzoek
Cj. 39. blijken.
Daar op begint Mattheus een nieuw
verhaa'l: ende ziet zij bragten enz.
Indien men dit leest zonder nadenken
te
Cc) iL Schutte II. Jaarboeken I D. bi. 407, 40S.