AAN J. VAN BREDA. 521
(immers niet dan aller zeldzaamst (n).),
aanweezig zal zynen
Hoe zeldzaam intusfchen ook dit
geval ons mag toefchynen, om dat
xnen het by niemand vindt aangetee-
kend, zoo ben ik echter niet onge-
neegen van te denken, dat het geval
meermaalen misfchien voorvaltdan
men wel opmerkten dat dus mis
fchien, in zulk een geval, de toevallen
en dood zoms aan eene andereen
dus de onwaare oorzaak, worden toe-
gekend.
DERDE AFDEELING.
Hoe men zich in het geval van verflropts
Breukenby Zwangere Vrouwen
te gedraagen hebbe
<5, I. Ik koome nu tot het gewigtig-
Kk 5 fte
(jt) Zie bladz. 510,
2. Dat 'er om eene verftro.pping
te hebben, nog daarenboven dat gee
ne moet bykoomen, het welk eigen-
lyk de verftropping in alle Breuken
van wat oorzaak en onder wat omftan-
digheden, daar ftelt.
j.