50 T. SPELEVEI.D, OVER DE OPSLIKKINQ
zelfs Sluis in orde te brengen welk Dok
men als dan tot een relèrvoir zoude kunnen
houden en waarin men diergelijke Schepen
zoude kunnen opleggen.
3° Dezelfde zwarigheid, welke men ten
aanzien der riolen oppertzoude, met be
trekking tot eenige Uitloosüuizen, welke ook
binnen het Dokkanaal vallen kunnen wor
den opgegeven. Maar ook deze zwarigheid
heeft om de hier boven opgegeven reden
even weinig grond. Het komt 'er hier Hechts
op aan den aanleg der Spuifluisbeddingen
naar het peil der binnen Sluizen te fchikken
als wanneeT men altoos meester is dezelve
met elk Getij in het Dokkanaal te doen loo-
zen en zelfs met den Vloed indien men
zulks verkiestdewijl men willekeurig het
Dokkanaal ledig kan houden zoo wel bij
Vloed als bij Ebbe.
XXXVIII.
De voordeelen van een Dokkanaal dan zoo
groot zijnde dat de geringe plaatfelijke na-
deelen zoo die al mogten beftaan daar bij
niet in aanmerking kunnen komen ja vol
gens mijn gevoelen het nnt in XXXVI,
3° aangetoond alléén tegen alle mogelijke
nadeelen opweegt blijft Hechts overig te
on-