ge over de hoekschè
Scaatsgefteldheid en Staatsgefchiedenis, in het al
toos gedenkwaardig tijdftip van 1747 en 1748,
belangrijk:
De patriot dan, TV. 9. bladz. 83, fchrijft:
De Hoekfche en Kabeljaauwfche TWeefpalt,
die, in 't midden der veertiende eeuwe, iri
Hollaiid ontftond, en tot op 't einde der
vijftiende duurde, was zijne geboorte ver-
fchuldigd aan 's Volks misnoegen over de
Regeeringeen werd gevoed door zulken
die, onder eenen fchoonen naam4 naar nieuw'
gezag Honden, of zich in eenig verloren be-
wind poogden te herftellen. Die in 't on-
deripit lagen, en wederom op 't kusfen zoch-
ten te geraken, riepen; dat zij voor de voor-
regten des Volks, of voor de wettige Re-
gering iïreden, en beloofden verligting van
gemeene lasten, zoo 't Volk hun wilde' bij-
Haan. Velen gaven hun gehoor. Vele an-
deren hielden 't met hunne partijen. De
verdeeldheid kreeg eene gedaante. Men on-
derkende eikanderen aan roode en graauwé
Bonnetten"enz. (Hierbij kon danten
opzigte van deze latere troebelengevoegd wor
den, 't geen van de vroegere gelijkvormige
partijdigheid melis stoke vermeldtter
plaatfe, boveh, bl. 12. aant. (Jij aangehaald.)
Maar onze wagenaar. fchreêf aldaah,