-( )-
eerste, maar wel het laatste, van zei ven ontvlam
de. Dat de Heer van Bemmclen zich hierover
verwonderde, moet ons niet bevreemden, dewijl
deze uitkomsten zoo geheel inloopen tegen die,
welke door den Heer van Marum opgegeven
wordenhier boven in 3. medegedeeld en
ook door mij bij bevinding A namelijk ten
opzigte der dekking van den Phosphorus met
katoennader bevestigd zijn. Dat echter bij den
Heer van Bern melen de proef met katoen niet
gehikt is, zal mogelijk in eenig onopgemerkt
toeval gezocht moeten wordenten zij het rol
letje Phosphorus vlak in deszeifs lengte op me
talen heeft gelegen, en slechts met een los vlokje
katoen is gedekt geweest in welk gevalzo»
als hierna bij Proef 45. blijken zal, de ontvlam
ming niet gelukt. Doch in gemelden brief wordt
geene melding gemaakt van de hgchamen op
Welkenoch van de rigtingwaarin de Phospho
rus bij die proefnemingen geplaatst is geworden
noch van den stand der kwik in de peilbuis, op
liet oogenblik der ontvlammingen die gelukt
zijneven min als van den stand des thermome
ters tijdens de proefnemingen.
Om dan tot de zaak zelve te komenen wel
voor eerst tot de door den Heer van Bemmc
len verkregene zelfontvlamming van den Phos-
D 5 pho-
(A) In Proef, 1922, en eenige volgende Proeven.