no
aldaar Gouwkens Nieuwlaml gewonnenen geheel Noordgoitwc
werd in 1374 (Mieris, III. 62 en 291, vg. Erme-
r 1 n s122 verv.) bedijkt.
Wij zoeken dus in gemelde Schapendrift van 976 de be
ginselen van het tegenwoordige Duiveland. Maar wat is
Fronenes cum plurimis adiacenciis DuCange
verklaart fronenezze door rete publicum en piscandi indi
cium doch dit voldoet den Hoogleeraar Kluit niet.
Even weinig schijnt men het, met Veriieije van
CiTters, door Froonen te kunnen verklareu. Misschien
moet men hier aan een schrijffout denken, of het woord
fronenes voor synoniem met forenesde voor aangelegen
schorrenhouden. Hiermede komt niet alleen het volgende
zeer goed overeen, maar aldus zou men in het district
van Schouwen ook den naam wedervinden in Renessemer
kelijk later dan deze giftbrief door de Heeren van Foonie
bedijkten waar oudtijdsin de duineneene kapel werd
aangetroffenniet te vinden in de lijst der Utrechtsche
kerken maar geheiligd aan O. Frouwe op Zee. Buiten de
pagus Scaldis, maar op de grenzen derzelvezou men het
kunnen zoeken in Bor of Fornesse vgaant. 25).
(51). Oorspronkelijk was het eiland Dreischor bekend,
naar den stroom waar in het lag als de Filla Sunncmere
ontstaan uit de mariscusvan welke Willebrord reeds
in zijn testament gewaagt (vg. aant. 11 aan 't slot). On
der dien naam komt het voor in een brief van Keizer
Otto III, bij welken hij den 25. Augustus 985, aan
den Hollandschen Graaf Dirk ecnige landen in vollen ei
gendom gaf, welke deze voorheen slechts te leen had ge
houden (Kluit, II. 1. 57-63). Gelijk wij voorheen
hebben aangemerktbleef echter deze naam nog eeuwen
later aan een waterplas toegekend. In een brief bij M 1 e-
ris (I. 377) van het jaar 1275 wordt dit uitdrukkelijk
gezegd. Melis Stoke (D. III. p. 226) de vaart der
vereenigde Fransche en Hollandsche vloten tot ontzet van
Zierikzee in 1304, beschrijvende, Iaat dezelve van tegen
over Brijdorpe komen op Dreischerort (de westzijde van
Dreischor') aanstevenenen alzoodoor dezen binnen
stroom naar de Noordgovwe varen
tPc?