24
1721, 15 Novembers
graden 18 minuten des nagts lieten het dry ven met
de steven om de Znyd en hadden de diepte van 40
en 43 vadem Steckgrond.
13. De wint des morgens Oost synde met een
frisse bramseyls koeltestuurden wy volgens de strek
king van de kustwaervan wy geen peyling konden
krygenovermits het hooge land met nevel en mist
bedekt was, *Des middags hadden wy de bevonden
Zuyderbreete van 23 graden 21 minutende gegiste
cours was 't sedert de laetste peyling West ten Zuy-
den 14 mylennaedemiddag stuurden wy langs een
groot Eylant, en aen welkers Westkant eenige kleyne
Eylantjes of Klippen leggen: de diepte die wy dus
Voort seylende bevonden was 20 en 22 vadem klip-
pige dog meest zandige Steckgrond. Hetselve Ey
lant meynden te wesen Morambayamaer bevonden
naderhand dat het Grande was geweestvervolgens voor
uyt in het West Zuyd-Westen, andermael eenige Ey-
landen siende, so stelden ons cours daer regt op aen,
Ioopende benoorden om deselve en lieten twee kleyne
aen bakboord van ons leggenkomende met Zons on-
dergank onder het Öostelykste op 8 vadem Steek*
grond ten anker.
14. In den morgen stil en mistig syndesonden
onse Chaloep nae den wal om een matroos die gestor
ven was wesende onsen derden doode.nte begraven
dan de Chaloep wederkomendebragt van land twee
Portugeesche Vissers aan boorddie ons seidendat
wy onder 'tEilant Porco geankert lagen, en wel 8
ntylen bewesten Grande warenvoorts dat tot Sanct
Se-
1721. 15 November*
25
Sebastiaanleggende 4 mylen van ons, alle verver-
singh in overvloed te bekomen wasaenbiedende een
van die twee syn dienst om ons binnen te lootsen.
]Vaedemiddag resolveerden wy 't seyl te gaen en
nae St» Sebastiaan te loopen om ons aldaer van alle
noodwendigheden te voorsien, medenemende den Por-
tugeeschen loots. Onder seyl synde, hadden het
lugj® uyÉ ket Oosten, Ioopende tusschen twee Eylan-
den, op de diepte van 12, 13, 14 en 15 vadem Steck
grond. Ontrent Zons ondergank quamen wy op 10
vadem ten ankerde grond wesende als boven. In
de nacht liep de wind West met travaden, donder en
een sware slagregen.
15. Sonden de boot des morgens om de gronden
te peylen, tusschen de vaste kust en 't Eylant St. Se
bastiaan tegens de middag kregen een slap koeltje
uyt het Zuyd-Zuyd-Oostenligten ons anker en gin
gen onder seyldog onder 't hooge land was de wind
seer variabel. Met het ondergaen van de Zon waren
wy geavanceert tot op de hoek van St. Sebastiaanal-
waer wy de diepte hadden van 10, 11 en 12 vadem
watersmaer also de stroom ons tegen was en terug
dreef, waren genoodsaekt in het derde glas van de
eerste wacht te ankeren op 15 vademen Steckgrond.
16. Ligten wy vroeg in den morgenstónd ons an
ker en sonden de boottot meerder secur-iteytschoon
wy een loots aan boort haddenvoor uyt om te die
pen diein cas van eénig voorkomend gevaarzeyaa
soude doen tot onser narigt. Eindeling quamen wy
met onse drie Scheepenin de voormiddagop de
2* rhe-