62 Ï722. 5 J an nar ij. Noord-West en West, met een labber en hramseyls koeltje. 5. VermeyntTen in 't laeste van de namiddag wagt het Stae/en Land te sien, maar dewyl de kimmen des Hemels een wynig beneveld waren bleven in on- seekerheyd hopende met d aenkomste van den vol genden dag desselfs confirmatie: wierpen het loot, alsmede in d'eerste en in de hondenwagtmaer hadden geen grond sulx wy beslooten dat onse grondwerping van den voorgaenden dag, niet is geweest, noch van Belgia Anslralis, noch van het Slaeten Land, maer van een tussen beyden leggende Zandbank. In de dagwagt hadden wy regen met een dikke lugt, en wierden ver volgens gefruslréert van onse hopeom door een ocu- jaire inspectie van dat land wegens deszelfs opdoe- ning en strekking, behoorlyk kennis te krygen, waer- van de onmogelykheid des te grooter is gewordenalso de wind Zuyd-West loopendeons noodzaekte de cours beoosten het Zuyden te moeten stellen. In het vierde glas van de voormiddagwagt begon de lugt op te hel deren, so dat wy ons des middags bevonden op de Zuyder polus hoogte van 55 graden 29 minutenen op de gegiste lengte van 317 graden 28 minutende ge koppelde cours was Zuyd, Zuyd-West, West, de wind Noord-Oost, Noord-West en Zuyd-West, met een bramseyls en een gereefde marseyls koelteseer goed weder maar koudwy bevondenvolgens de avondpeyling van der Zons ondergank21 graden 27 minuten Noord-Oosler miswysing. Cu Bevonden met Noorder Zon te syn op de bree- 1722. 6 January63 te van 56 graden 56 minuten Zuyd en op de gegiste jeukte als vooren de gekoppelde cours was Zuyden de wind WestWest-Noord-West en andermaal Zuyd- West ongestadig weder met buyen en regen ook som- tyds helder en zonnesohynstyve marseyls en gereefde niarSeils koelte met een hooge zee uit het Westen des naemiddags deden zeyn aan de A F hi c aan s c h e Qalet tot het verbeteren der compassenen verleg den deselve van 20 tot op 25 graden de lelie bewes ten de naeldedan dewyl de koude sterek toenam, soo syn de wolle kleederen van rocken broekenkou gen schoenenhemdenwanten en mutsen onder het volk uitgedeelt en verstreckt, welke van de Heeren Bewind hebberen ten dien eynde waren medegegeven, eti tegenwoordig van een uytneinend groot gebruyek en nuttigheyd syn. Ook is heden goed gevonden aen alle bet volck een half mutsken brandewyn te geven iit piaets van die geene alleendie de dagwagt waren hebbendeniifs nogtansdat men de verstrecking bo ven het ordinaire rantsoen weder sal inhouden en be- suynigenwanneer men in de warmte gekomen sal syn opdat wy in onse t'huys reyse geen gebrek aan sterken dranck souden hebben. 7. Alsoo de wind Zuydelijk liep, Ieyden wy het in de eerste wagt oru de West, dog in 't begin van <Jê voormiddag de wind wederom heel na het Wresten loo pend e, waren genootsaekt Zuydwaerts de steven te wenden des middags gisten te weesen op de Zuyder polus hoogte van 57 graden 0 minuten en op de lenkte van 317 graden 44 minutende gekoppelde four# t«

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1838 | | pagina 52