1722 14 February* Jan Jukiaanse de Roy, Opperstuurman 0p de AfricAAx&eqs Ga&ey; WiTa eerste, en Fivans Strookb.b, tweedy Onderstuurman x in ede te samen bescheyden. pp 't Schip d&hr Armwd J ajn Bos, Onderstuurman o pos Ga lets Hebmakesyan denEmster, Hoogbootsmanen Hendrik Brouwer,, Con stapelbeydë varende op het voornoemd 3 Schip Dmx Arbsd} Jonas Stangenbrhq Hoogbootsmanen Jan Core, Constapelbeyde OpD E A FBI C ALAN SjC R E G A LEY 4*enst doende. 1 Saturday den 14 February 1722. De bovenstaande persoenen in Raede sessie ge nomen hebbendeheeft de President geproponeerthoe hoognoodig het wasom aan de intentie van Haar waer- 1722. 14 February, 79 ^aervan de tfytvoering deser Expeditie afhankelyk is g0o diende daarin vdorsien te Werden. Voortsdat je stokvis ook voor de gesontheyt van vt volk im mers soo ondeugende is? en worden srI al& van de erwten i« gesegt en voorgedragen. Ten derdendat uren reets bevonden heëft, honderden van ponden broots bedorven gehad te hebbënen nog onseker is boe dat de ahdere broodkamers gesteld synen of dit bedorven brood nu veroorsaakt syomdat de ka mers niet met vuurwagens (gelyk by de Oost-Indt* gehe Compagnie gedaen wort) nae behooren syn gé-, droogt, daervan kan voor tegenwoordig géén oordeel vellenen is ook ten desen gansch onnoodig. Ten vierden staat te considererendat de gort vol myt en wormen is, welke, wanneer wy op 't Eyland JanFer- dinando sullen wesen gekomennoodsakeïyk van al- dat ongedierte sal moeten worden gesuyvert,' en gé» lngtom de verinufte' reuk weg te nemen't geene wederom niet kan geschiedenals met een groot ver bes. Eyndelyk moet genoteert wordendat onse? vleesch- en spekvaten niet komen uit te léveren' Hat gewigt, soo als deselve op de Victualie-lyst staan begroot én uytgedrukt: want volgens onse gehoirdene aenteyketiing in het Verstrecken der rantsoenen, ko men wy op yder vleeschvat te kort' vfeertigvyftig' en sestig ponden vleeschdoóh de spekvaten sob veel niet, maer êgter seer inerkelyk: 'derhalveiidit alles nae behóorén en met rype aandagt overwoog ?n wor* dendeals mede dat- La Élodha de e enigs te pFaets is die met sekerh^yt kan aengedaen worden(alsbo Sancta Mhria te veel gevaer heeft door uytsteeken- de E D M E A GÏBAERE DE VERGADERING VAN T&1ENEN, REPRESENTERENDE DE 0ENERALE 6 EOGTROYEERDE' NeDERLANDECHE WeST-ÏN- dische Compagnie, te konnen voldoen, te we ten: dese Expeditie en Kruystogt in de Zuyd-Zee, ter ontdecking van onbekende Landensonder eenig gebrek of verhindering uit te voeren dat men tot dien éynde het Eyland La Mochaleggende na gis sing 10 a 12 mylen Noordèlyk van ons af: behoorde aantedoen, om ons aldaer te- voor si en van eene goede qUanliteyt erwten of boonen, want aengemerkt wor dende dat onse medegenomene erwten rèets seer oud en vuurig syn en dat deselve na verloop van vyf of ses maanden byna oneetbaer sullen wesen en dus ten hoogsten schadelyk Voor de gesontheyt des volks

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1838 | | pagina 60