117
menteu zou hebben verwacht. Men moest eenen
Romeinschen vorm .vermoeden en onwillekeurig
beeft zich een zuiver Gerrnaanschc uit deze aaneen
schakeling der berigten ontwikkeldOf komt niet
de opgegevene vorm volkomen overeen met belgeen
wij van de Scandinavische Friesche en Angclsaxiscbe
heiligdommen weten
Legis zegt -)dat de tempels der Scandinaviers
gewoonlijk twee ongelijke afdeelingen hadden de
vierkante voorzaal en de cel of het adytumdat
doorgaans een halfrond vormde; terwijl er verder
een tempelplein was door Steen en omgeven en be
stemd tot dingplaats.
I)e heiligdommen der Angelsaxen en Friezen
bestonden uit den hearg of haruc waarin de alta
ren en wijvalen stonden, met een lun of hof (tuin
of voorhof) er voorwelke ook hegas en getymhro
(bekken en getimmerte) genoemd Werd dewijl die
omtuiuing uit palen en planken was zamengesleld3),
Be Romeinen hadden j« ook ronde tempels en deze v.uren
eigen aan Yesla, Diana, Hercules of Merc uri us. Vg.
"Westendorp Verhandelingen enz., 4 bl 2G. Maar tie hier
voorkomende rotonde, van 12 of 13 voet in do doorsnede, is al
leen te klein voor een tempel, en met liet vierkant er bij weer
geen Romeinscho vorm.
2) Fundgr. des uiten IV.. B. 1 s. 35. Vg. ITandh. s. 32 en
Westendorp bi. 544.
3) Vg. Mo.ne II s. 94. GuiaiïïMyth. s. 50. Oorspron
kelijk bezaten de Germanen geene tempels. Men plaatste de beel
den of zinnebeelden der Goden in eene hut of onder een koepel
dak tegen de offerplaats. Van hier de uitgang l'öff of loof voor
dergelijke bewaarplaatsen, zoo als op See land in EndirlöffFu !-
les I off (Jerslöfff Torsl'óff enz. Zie Muster, Odinische Rclig. s. 33.