XV
mone, Geschichte des Heidenthums u. f. Leipzig
u. Darmstadt 1823; II Th. S. 346. 8°.
j. de ka ster ci1 j. ab utrecht dresselïïïïis, de Pr O-
vincie ZeelandMiddelburg 1824, 8°.
j. ab utrecht dresselhüiseenige aanmerkingen
over de Domburgsche OudhedenAmsterdam
1827. (Inden Vriend des Vaderlandsvan het
jaar 1827, St. VIII).
j. ab utrecht dresselhuisDe Provincie Zeeland
in hare aloude gesteldheid Middelburg 1836,8°.
a. g. b. scnAYESles Pai/s-Bas etc. Bruxelles 1838,
8°Tom. II. p. 267.
h. schreiberdie Fe'èn in Europa; Freiburg iin
Breisgau, 1842, 4°.
Behalve deze in druk verschenen werken, heb
ben wij van één geschrift te gewagen, dat, ofschoon
voor de pers gereed nimmer in het licht ver
scheen, en afkomstig is van de hand van een'
vaderlandschen geleerde, die misschien meer tijd
en moeite aan de opheldering der Zeeuwsche ge
denkstukken besteed heeft dan iemand voor en na
hem, maar wiens arbeid, omdat hij in IIS. bleef,
nagenoeg onbekend isik bedoel onzen beroem
den hehdrik cannegieter en diens in het Neder-
duitsch geschreven verhandelinggetiteldDom-
burgsche Oudhedenverklaart. Daar het mij te
beurt gevallen is dat werk te leeren kennen, en
ik mij gedrongen geacht heb in de navolgende be-