VOORBERIGT.
Vermits deze, reeds in 1842 bekroondeverhan
deling eerst in 1845 in het licht treedtis een kort
berigt wegens de oorzaken eener zoo zeldzame ver
traging voor de eer van het Genootschap noodig ge
worden en kan de ondergeteekendedie de hoofd
oorzaak van deze vertraging waszich niet wel
ontslaan van eene openlegging der beweegredenen
welke hem bij het een en ander geleid hebben. Hij
vleit zich intusschen met het denkbeelddat zijne
regtvaardiging hem niet moeijelijk zal vallenen dat
hij voor dezelve niets meer zal behoeven dan eene
korte mededeeling van de geschiedenis der verhande
ling welke bij deze de wereld intreedt om nu ook
door haar beoordeeld te worden.
Bij de ontwaakte belangstelling in de kennis van
den maatschappelijken toestandde godsdienstige
begrippen en de lotgevallen der voorgeslachten
moest de, door wijlen den Hoogleeraar II. A. Hama
ker voorgestelde en door het Zeeuwsch Genootschap
bij programma van 1834 allereerst uitgeschrevene