26
3. Mr. Paulus van de Perre. Was in dienst van 21
Juni 1650 tot 21 December 1653. De laatste betaling zijner
wedde geschiedde aan zijne erfgenamen.
4. Leonard van Sypesteyn. In dienst van 8 Augustus
1663 tot 8 Mei 1664. De laatste drie maanden zijner wedde
ten bedrage van 233 6 8 in het jaar, werd aan zijne
weduwe betaald.
5. Mr. Anthony de Jonge van Bruinisse. Genoot eene
jaarwedde als zijn voorganger, van 30 Juli 1664 tot 30 Juli
1669. Hij overleed in Mei '1669. Het laatste gedeelte zijner
wedde werd aan zijn zoon Willem uitbetaald.
6. Mr. Arend van den Helm. Was in dienst sedert 30
November 1669, op gelijke bezoldiging als zijn voorganger.
Er werd voor 2 14 6 fluweel gekocht tot het maken
van den //bouck-sack" voor den pensionaris van de Perre,
1651. Een gelijke zak, nu pleitzak genoemd, werd door
Coenraad Coets geleverd, 1665.
SECRETARISSEN.
1. Mr. Paulus van de Perre. Zie vorige verzameling.
Was in dienst tot 21 Juni 1651.
2. Mr. Johannes Serooskerke. Zie vorige verzameling.
Was in dienst tot Mei 1651. In de rekening van 1664 wordt
644 13 11 in uitgaaf gebracht voor negen jaar en acht
maanden traktement voor het bedienen van het kantoor van
finantie en consignatie, waarbij hij als griflier in dienst was op
eene bezoldiging van 66 13 4 in het jaar. In genoemde
rekening komt eene betaling aan hem voor van 825 12: 9
voor ontvangloon van de geschoten der poorterijlanden over
twaalf jaar tegen een ten honderd.
3. Mr. Simon van Beaumont. Kwam in dienst met Juni
1651 op eene jaarwedde van 133 6 8, die op 166 13 4
werd gebracht, 1658. De laatste drie maanden, verschenen
23 September 1663, waarin hij overleden was, werden uitbe
taald aan Cornelia van Beaumont.