168 meest oost en westlieten het snagtsdewijl wy weynigh wint hadden, zuydwest-waars overstaan, hebbende besonder helder maanligt weer. 31 Mei. Coers. Verheit. Gegiste Z. B. Lengte. Verbeterde Z. B. Miswijzing. Winden. Noordoostering Z.W.t.W. 5. 15° 38' 215° 9' 15° 35' Z.O. Z.O.t.O. Z.O. Z. Z.Z.W. Z. Z.Z.O. Sondagh smorgens of snagts labber(coelte). Wenden ten 3 uuren om de zuydwest, met den dagh een moye coelte, heb bende 't eyland van Goede Verwagtinge in N.N.O. 21- mijl van ons. Voormiddags stilletjens met aannemende dyningh, savons rysende coelte. Den commandeur hield met mijn be sprek dat hy voornemens was om morgen extra-ordinaire raadt te houden. Snagts styve coelte, harde regen, namen de tweede reven in de marszeyls en vangen drie verkens water. 1 Juni. Coers. Verheit. Gegiste Z. B. Lengte. Verbeterde Z. B. Miswijzing. Winden. Noordoostering Z.W.t.W. 15. 16° 9' 214° 16' O.t.Z. Ontdeckten een evlant, 't geen wy (bij) provetiehet Onwetent O.Z.O. Gevaar noemden. Z.O. Z.Z.O. Z.O.LZ. Z.O. Maandagh smorgens of snagts styve marszeyls coelte met harde regen. Bemerktedat den commandeur seyn deedsonder dat wy sijn vuuren konde zien, dewyl het donker weer was en bovendien soo was hy een moye verheyt agter ons in 't N.O.t.N. van ons, alwaar wy hem even van te voren, eer dat i) Provisie.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1911 | | pagina 218