153 Ttem nu commende voir Westcappelenstreckende te Gast- huyse, met alle zin aencleven, hoefden piasbermen ende kyst- werckal waere men wel beter regaert op nemen mach ende es te beduchteu, zoe verde ons Godt almachtich niet in zine genarde bewaeren en wilme(e)r dan wy tot noch toe daer to(e) en doen ofte over vele jaren tot noch toe en doen, het sal beclaecht werdendus en wil ic van niet vele scriven maer bidde Godt almachtich den Staeten ende regierders des landts hier ende in allen zaeken des landts met paeys ende in eendracht moege regeren etc. geen uitslag te constateerenmaar alleen verlies aan vervlogen duinen. In 1425 beginnen de vercenigde ambachten met eene werkelijke grootte van 607 gem. 28 roeden, waarvan Zoutelandegelijk gezegd, er 95 telt; voor Werendijk blijven er dan nog 512 gem. 28 roeden over. Tusschen 1366 en 1425 alzoo een ver lies van 78 gem. 63 roeden. Van de vereenigde ambachten gingen later nog verloren: c. 1426 7 gem. 28 roeden; 1427/36 7 gem.; 1448 2 gem. 260 roeden; 1475 160 roeden; 1490 200 roeden. Het geheele verlies aan de kust dezer heerlijkheden bedraagt dus 121 gem. Ill roeden, zoodat in 1490 nog 588 gem. 280 roeden overblijven, op welke grootte zij blijven staan. Uit het vorenstaande blijkt, hoe door de vereeniging in de bederekening van 1425/8 de grens tusschen deze ambachten verloren is gegaan, en Zoutelande op de kaart van Hattinga veel te groot is aangegeven ten koste van Werendijk dat oudtijds voor een groot deel aan zee gelegen is geweest, waarop de naam Waredijk of Werendijk (dijkwering) ook schijnt te doelen. Westkapelle is in 1332 groot 823 geni. 146 roeden benevens 66 gem. 75 roeden duinland. In 1407 is de grootte 715 gcm. 157 roeden, alzoo eene ver mindering van 107 gem. 289 roeden en 66 gem. 75 roeden duinland 174 gem. 64 roeden. Ik zou echter niet durven beweren, dat deze daling in de grootte ten gevolge van „vervlogen dunen" is geweest; immers het duinland kan in 1407 uit de rekening zijn weggelatenomdat er toch geen schot van betaald werd (in het kadaster van de 19de eeuw komen nog c. 37 bunder duingrond voor), en wat het verlies van de 107 gcm. 289 roeden betreft, dit kan ontstaan zijn door uitbreiding der vrijheid van Westkapelle of door wijziging vaD grenzen der aanpalende ambachten. Bovendien begint het verlies door verwaaide duinen van het aangrenzende Tvppekerke in hetzelfde jaar 1407. Als grondslag voor de berekening van het verlies aan vervlogen duinen dient dus de grootte van 1407 715 gem. 157 roeden. In 1469 telt het ambacht 660 gem. 104 roeden, en daarop blijft het vrijwel staan; alzoo ten verlies van 55 gem. 53 roeden en wel aan vervlogen duinen: als volgt: 1407 12 gcm. 174 roeden; 1408/36 4 gem. 200 roeden; 1447 21 gem. 68 roeden; 1455 103 roeden; 1466 16 gem. 117 roeden. Samen 55 gem. 62 roeden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1912 | | pagina 209