10
toen er zoo levendige belangstelling bij de natuurwetenschap
pelijk gevormde mannen bestond voor alle wonderenwelke
de natuur op ieder gebied aan den onderzoeker te zien geeft.
We weten lioe in die tijden de natuurwetenschappen tot rijken
bloei zijn ontloken en begrijpen hoe die mannen, nu hier dan
daar getroffen door nieuwe vormen, daarvan getuigenis aflegden
in geschriften en nu eens schreven over nieuwe ziektebeelden,
dan over schedelvormen, over onbekende geneesmiddelen, over
mainmouthstanden, vogelnesten, monstergeboorten, sterftesta-
tistieken en al wat verder maar hun belangstelling gaande
maakte.
De Man is een derzulken geweest en, naar ik meen, een der
besten in ons land. Ik wil trachten deze meening, voor zoover
ze niet reeds door eigen studie van de Man's werk de Uwe
is, ook op U over te drageu.
B-eeds eerder zeide ik dat de Man's eerste geschrift, zijn dis
sertatie, zoo sterk afsteekt bij al zijn verder werk.
Zijn tweede geschrift legt daarvan dadelijk getuigenis af; het
was een tijdschrift-artikel met het opschrift:
Aanteekeningen betreffende gevallen voorgekomen in de kliniek
van Dr. Guersant op de chirurgische zalen in het Höpital des
enfants malades te Parijs in 184-2.
U ziet hieruit dat de Man na zijn promotie naar Parijs was
gegaan. Van Parijs ging hij later nog eenige maanden naar
Weenen.
Bovengenoemde aanteekeningen uit Parijs medegebracht, zijn
voor ons veel aardiger om den schrijver zelf te leeren kennen
dan de heelkunde dier dagen.
Als voorbeeld haal ik hier enkele gedeelten aan
„De inwendige praktijk werd in 184-2 waargenomen door de
lleeren Jadelot, Guersant den vader, Bonneau en Beaude-
locque. De beroemde Jules Guerin houdt hier als médecin
orthopédiste zijn voorlezingen en heeft voor zijn zieken een klein
clinicum, en het amphitheater der chirurgie om eens of twee maal
in de week a tort et a travers de toepassing zijner méthode sous-
cutanée te toonen, een stout operateur, wien niets ontbreekt,
uitgezonderd de kunst om bedaard en goed te diagnosticeeren.