17
een centrum van belangstelling te zijn. De zekerste manier om
het niet tot rust te zien komen.
Onze juffrouw nu, leed aan vreemde toestanden, eerst be
nauwdheden, later crisen geheeten. Daar tussehen in was ze
volkomen wel, maakte dan zelfs vrij groote reizen gedurende
welke zij geheel gezond was.
Wat zij tijdens de crisen beleefde schreef ze later op; ze
noemde dit helderheden. Wat ze opschreef was buitengewoon
onbelangrijk.
De Man, die deze patiente op het laatste van haar lange
leven onder behandeling kreeg, beschrijft de heele ziektegeschie
denis en alles wat tegen het lijden is aangewend. Ook bewaarde
hij de helderhedendie de patiente hem daarvoor welwillend naliet.
Nadat de lijderes alle doktoren en professoren was rondgereisd,
wendde zij zich tot het magnetisme. Eerst ging ze naar den
Haagwaar ze werd behandeld door een magnetiseur onder
controle van een geneesheer. De geneesheer echter verwaarloosde
het toezicht zeer, door meestal weg te blijven, wat de patiente
teleurstelde, vooral toen bovendien de magnetische slaap mislukte
ondanks dat zij voor zich zelf zeker wist magnetisch te zijn ge
boren.
Vervolgens kwam ze onder behandeling van den beroemden
magnetiseur Meijer te Amsterdam met zijn somnambule Mej.
Steepens. Naar Amsterdam komen weigerde de patiente, in
dachtig aan haar Haagsche reis. Gelukkig bleek dit ook niet
beslist noodzakelijkdaar de behandeling kon aanvangen met het
om de drie weken sturen van een beslapen muts waarin acht
gulden. Deze muts werd dan geexamineerd, waarna, zegt de
Man de muts werd teruggestuurdde guldens echter niet.
Na een jaar bleek dat, ter verkrijging van geheele genezing,
een dagelijksche examinatie noodig zou zijn. Maar dit was onze
patiente blijkbaar te duidelijk en ze brak de kuur af.
Eenigen tijd lateT echter vond zij haar waren magnetiseurHet
was een eenvoudig winkelier hier ter stedediezegt de Man den
naam en misschien ook wel de daad had van zeer godsvruchtig
te zijn. Zijn behandeling bestond tijdens de crisen in zachte
bemoedigende toespraken, voorzichtige wrijvingen en aanblazingen,
Archief 1915 H