179
van „lynwaet, beddens en dekens" moest door alle vier dames
samen geschieden.
„Alle Sondach middach naer de predicatie", kwam de vrouw
van den President met haar assistente in het Gasthuis, en nam
„oceulare inspectie van het vleesch"om te zien hoe het gekookt
en opgediend werd.
Iedere drie maanden werd in een gecombineerde vergadering
der Regenten en hun vrouwen, het presidium overgedragen „al-
waer den afgaenden preses en synne huvsvrouwe relateeren t'ghene
in den selven hunnen dienst tot remarque is voortgevallen".
Onder de directie van de Regenten van het Gasthuis stond
tevens het pesthuis, waaromtrent ook ordonnanties zijn overge
bleven
Belangrijk is nog, wat de instructies van 1681 ons leeren
omtrent de benoemingen van het Gasthuispersoneel en omtrent het
opnemen der zieken.
De Regenten mochten benoemen de ziekentroosters, de zieken
moeders, knechten en dienstboden, benevens de cellebroers.
De binnenvaders, de doktoren chirurgijns en apothekers werden
door het stadsbestuur aangesteld en moesten in een Regenten
vergadering het bewijs hunner aanstelling komen vertoonen.
Uit de bepalingen omtrent het opnemen van zieken blijkt, dat
in hoofdzaak werd vastgehouden aan de oude bestemming van
het gesticht, dat diende voor de ingezetenen van de stad en haar
rechtsgebied, voor zoover zij geen onderstand hadden genoten
van eenig armbestuur, en vooral voor de passanten „voor den
armen passagier". Personen die wonen buiten de stad en haar
rechtsgebied en ook niet beschouwd kunnen worden als passanten
mogen niet worden opgenomen.
Iemand die wenschte te worden verpleegd moest zich aanmelden
bij den „Preses", kreeg van hem een biljet, moest met dit biljet
zich aanmelden bij een Gasthuis-chirurgijn ter visitatie, en kreeg
in geval hij geen „quade sieekte" had, daarna van den voorzitter
een loodje waarmee hij toegang tot liet gesticht kon krijgen.
1) Zie de Bijlagen.