41
kwaad slot 11 pond andermaal achteruitgang dus! De aan
het hoofd en aan het eind geplaatste apostilles komen volmaakt
overeen met die van de vorige rekening, zoodat het beheer
klaarblijkelijk op geheel gelijken voet is voortgezet geworden.
Alleen blijkt zuster Quintine Daalmans in haar ambt van
Vrouwe of overste van het gesticht te zijn vervangen door zuster
Maaiken Uijtenhove, die bij de apostille meteen als zoodanig
wordt bevestigd. Reeds op 2 October 1595 had trouwens de
bisschop van Brugge ter presentie van Burgemeesters en Schepenen
zuster Quintine uit dien post ontslagen en de zusters Maaiken
van den Hove 4) en Jacquemijne Illebrandts, allebeiden reli-
gieusen van het gasthuis, in hare plaats gesteld 2).
Wat zuster Daalmans op haar kerfstok heeft gehad om zulk
een degradatie te verdienen verzwijgt de geschiedenis, wel spreekt
zij van de krakeelen, die naderhand den zusterlijken vrede tusschen
haar en zuster Maaiken bij herhaling hebben verstoordin
December 1597 liepen zij zelfs zóó hoog dat Maaiken in de
vergadering van Burgemeesters en Schepenen kort en bondig kwam
verklaren, dat zij „niet meer verstond te verdragen de injuriën
en insolentiën 3), haar menigmaal" door hare voorgangster „na-
en aangezeid", en de heeren van het stadhuis verzocht in dezen
hun maatregelen te willen nemen 4).
In dit gekibbel en getwist weerspiegelt zich om zoo te spreken
de onbeduidendheid tot welke op het laatst van de jaren 1500
het Aardenburgsche St. Janshuis was gezonken. Doch welhaast
daagde voor stad en stichting beide een gelukkiger tijd, want op
den 12 Mei 1604 bracht het veldheersbeleid van Prins Maurits
Aardenburg weder terug onder het gezag van de Staten-Generaal.
Wel heeft ook na dien de stad zich nimmer meer verheven tot
den hoogen rang, eenmaal in handel en nijverheid door haar
1) Met Maaiken van Houdenhoyen-, Uijtenhoven, Van den Hove is kennelijk
dezelfde persoon bedoeld.
2) Janssen en Van Dale, Bijdr. II, Middelb. 1S57, blz. 367.
3) beleedigingen en onbeschoftheden.
4) Janssen en Van Dale, als voren blz. 368.