deel 3, D. Radermacher van Nieuwerkerke een .Bericht over de keering van 't water in een vijver' gepubliceerd had, schreef Baster op 8 Juni 1773 aan Te Water„Het derde deel der Z. Maatschappij behaagt zoo hier als in Holland algemeen. Dog heb van daar wel een briev of drie gekregen, wat eijgentlijk het omkeeren van de vijvers is, hebbende zij alsoo het daar geheel onbekent is, het verhaal daar van ten opzigt der oorzaaken etc. gaarn wat omstandiger gehad. Ik heb het eerste jaar, dat mijn thuijn had, ook onder vonden". (Aant. 14). NATUURKUNDIGE UITSPANNINGEN" De talloze waarnemingen aan planten en dieren, welke Baster in de loop der jaren in de omgeving van Zierikzee had verricht, heeft hij tussen 1759 en 1765 gerangschikt en gepubliceerd in zijn boek Natuurkundige Uitspan ningen etc., ook in het latijn verschenen als Opuscula subseciva etc. Het werk kwam uit in zes stukjes, die oorspronkelijk elk afzonderlijk verschenen, doch na voltooiing van het zesde stukje zijn gebundeld tot twee delen. (Aant. 15). Elk stukje werd door hem opgedragen aan een beroemd per soon (Aant. 16). Hiermede heeft Baster uitsluitend deze personen willen eren, en geenszins de bedoeling gehad hen te bewegen zijn uitgave finan- tieel te steunen, zoals andere 18de eeuwse auteurs plachten te doen voor de dedicatie hunner platen. Ook droeg elk stukje een motto, waarvan drie uit Cicero (in het nederlands vertaald), een uit Religio Medici en een uit de Verhandelingen der Zweedse Academie van 1740 (beide in het nederlands), en een uit Réaumurs Mémoires des Insectes (in het frans). Deze stukjes behandelen een grote verscheidenheid van dieren (meest ongewervelde dieren) en planten, alles gebaseerd op eigen waarnemingen, zowel met het blote oog als met het microscoop. Zo treft men hoofdstukken aan over poliepen, mosselen, oesters, alikruiken, kwallen, zeesterren, zee egels, zeepokken, heremietkreeften, wormen, drijfhorentjes, zeekraal, blaas wier, zeeëik, enz. Al deze organismen, en vele details daarvan, zijn afge beeld op de bijgevoegde platen, welke in sommige edities ongekleurd, in andere gekleurd zijn. De tekst is allerminst droog of saai, maar integendeel zeer onderhoudend en van een sterke expressiviteit1): Telkens wordt ook de economische betekenis van bepaalde organismen, of hun toepassing in het dagelijks leven ter sprake gebracht. Toch zijn deze studies niet verricht met het oog op enig profijt, maar uitsluitend uit liefde voor de wetenschap en de studie. 1) Zie b.v. in deel 2, p. 15-17 de beschrijving van het vervellen van een kreeft. 43

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1967 | | pagina 43