Nr. 3. Portret van Cea Cornelia de Keyzer-Zwigtman, oudste dochter van de
schilder.
afmetingen 24 x 19 cm.
gesigneerd midden rechts C. Zwigtman.
gedateerd 1832
materiaal olieverf op doek.
eigendom van Mevrouw J. R. van der Wal-Agelink van Rentergem te
Serooskerke (W.).
beschrijving Het gelaat is naar links gewend. De afgebeelde is gekleed
in de burgerdracht van Noord-Beveland en draagt een wit kanten mutsje en
gouden voorhoofdsnaald die, in tegenstelling met het vorige portret, geheel
midden op het voorhoofd onder de muts uitkomt en van een ander type is
dan die van haar moeder. De latere voorhoofdsnaalden zijn aan de onderzijde
bijna cirkelvormig. Voorts draagt zij gouden krullen met bellen, die enigszins
gelijken op de huidige Noordbevelandse bellen, en gouden spelden. Om de
hals drie rijen granaten met ruitvormig gouden slot waarin weer een granaat
iaangebracht. De kleding bestaat verder uit een zwart jak met wit kanten
kraagje aan de hals en wit kanten fichu. Een donkere rok of schort waarover
een zwarte ceintuur met gouden gesp, voltooid het geheel.
Opmerkelijk is dat dit portret niet in een ovaal is geschilderd en dat van
haar echtgenoot Leonardus de Keyzer (portret nr. 4) wel, terwijl de forma
ten van de schilderijtjes gelijk zijn en beiden in 1832 (dit is het huwelijksjaar
van het echtpaar de Keyzer-Zwigtman) zijn geschilderd en dus als pendanten
kunnen worden beschouwd.
Op dit (of mogelijk een ander, thans onbekend) portret maakte Zwigtman
voor de ..Zeeuwsche Volksalmanak voor het jaar 1836", blz. 110, het
volgende gedicht
,,Op de afbeelding mijner oudste dochter Sia Cornelia door
mij geschilderd"
De grijze fabelleer, in 't oud Egypt geboren,
Moog beuzien, dat Minerv', de dochter van Jupijn,
Met hulp van Mulciber, door 't lot was uitverkoren,
Van 's Vader zwanger hoofd de wondre vrucht te zijn;
Hier geldt de daad voor schijn; dit welgelijkend beeld
Is, 't Godendom ten spijt, uit 's vaders brein geteeld.
Nr. 4. Portret van Leonardus de Keyzer, schoonzoon van de schilder.
afmetingen
gesigneerd
gedateerd
materiaal
24 x 19 cm.
midden rechts, C. Zwigtman.
1832.
olieverf op doek.
18