microscopist, en een van de leidinggevende figuren binnen de Brusselse Acade
mie van Wetenschappen15.
Van de Perre betoont zich bepaald kieskeurig bij zijn instructies, die hij aan Te
Water meegeeft: Hij zou zeer graag de 'Memorieën van de Brusselsche Acade
mie' willen verwerven, maar dan wel 'tot den prys van inkoop', en op voorwaar
de dat ze 'compleet en wel geconditioneerd zyn'. Voor het overige dient men aan
de boeken 'een koopje te hebben', zo laat hij onverbloemd weten. Niettemin
wenst hij geen maximale bedragen vast te stellen, 'wyl de prysen der meeste my
onbekend zyn,' en hij laat het dan ook graag aan Te Water over om samen met de
veilinghouder de heer Gerard een prijs te bepalen, 'die altoos by my goedge
keurd zal worden16. Woorden van soortgelijke strekking schrijft hij ook neer
naar aanleiding van de veiling van de collectie Eversdijk te Goes17.
Behalve door aankoop heeft Van de Perre ook een groot aantal boeken present
gekregen. Zo verkrijgt hij in 1772 een presentexemplaar van de Grondbeginse
len der Vroedkundevan de Vlissingse arts en medeoprichter van het Zeeuwsch
Genootschap D.H. de Gallandat18. In 1777 verrast zijn vriend Jacob Ermerins
hem met een eigenhandig vervaardigd register op de charterboeken van Van
Mieris, en enige tijd later mag Van de Perre hem opnieuw bedanken voor een
exemplaar van 'deszelfs Oudheidkundige Verlustiging, dat my zeer veel plaisier
gedaan heeft'19. Andere cadeau's mag hij ontvangen van relaties zoals zijn oom
A. Voget, zijn vrienden Van der Kemp, Van Breda en Te Water, en zijn gunste
lingen Van Loo en Van der Palm20.
Zeer in zijn sas betoont hij zich met een 'aangenaam present' dat hij in 1789 van
de Haarlemse fysicus Martinus van Marum mag ontvangen21. Van de Perre be
wonderde diens werk met de 'Teyleriaansche Machine', en vooral ook Van Ma-
rum's 'nuttige uytvinding ter verbetering en versterking van de Electrische
Werktuigen'. Hij wil Van Marum dan ook graag van dienst zijn, bijvoorbeeld
met nadere informaties over de 'Electrische Machines volgens de principes van
den Heer Walquiers en van Pater Wolschot'22. Van de Perre is in het bezit van
beide apparaten en als hij Van Marum met enig bericht kan helpen dan zal hij dat
met groot plezier doen.
Als wederdienst zou hij het dan wel op prijs stellen wanneer Van Marum aan de
predikant A. Drijfhout, de 'brenger dezes', zijn mondelinge opinie zou willen
geven over 'het werk van Lord Mahon over de Electriciteit'. Van de Perre heeft
van dit boekje een Hollandse vertaling laten vervaardigen ('ten gebruyke van
eenige myner goede bekende'), en hij zou nu graag vernemen of Van Marum het
nuttig acht 'dat dezelve ter drukpers wierd overgegeven?' Van Marum's ant
woord is onbekend. Zeker is in ieder geval dat van Mahon's Principles of Electri
city uit 1779 nooit een Nederlandse vertaling is verschenen23.
Een bijzondere plaats onder de present-exemplaren nemen de boeken in die aan
Van de Perre zijn opgedragen. Wij hebben een zevental titels teruggevonden:
allereerst de dissertaties van zijn beide broers Paulus Eduwaldus (uit 1764) en
Martinus (uit 1766)24. Belangrijker dan deze - zeer voor de hand liggende - op
drachten zijn de uitgaven van de amateur-bioloog Martinus Slabber en van de
organist Willem Lootens. Bij een opdracht van een geschrift werd vaak een be
langrijke financiële ondersteuning ondervonden van degene aan wie het boek
werk was opgedragen. In ieder geval werd met een opdracht de bijzondere ach
ting van de auteur voor de betrokken persoon of diens functie kenbaar gemaakt.
Dit laatste argument heeft waarschijnlijk het zwaarst gewogen bij Slabber's op-
104