koning in de beroepsprocedure nu aan de eerder gemaakte afspraken, en deed Karei I zijn woord gestand zodat de prijs alsnog aan Johannes Lopez Fernandez werd toegewezen Epiloog Spaanse vasthoudendheid in de zaak Le Clercq zegevierde ten slotte. Door het proces tegen Daniël Le Clercq werd het Nederlandse kapers eerst moeilijker en daarna onmogelijk gemaakt om via Engeland prijzen op te brengen en werd het kaperbcdrijf risicovoller. Reeds voor de afloop van het proces inventariseerde Jo- achimi de schade die de Zeeuwen hadden gelopen als gevolg van het wegvallen van de Engelse kust als voorhaven voor Viissingen door de Spaans-Engelse vrede van 1630. In een memorandum, ontvangen te Den Haag op 9 maart 1633, stelde de ambassadeur dat Zeeuwse kapers wegens het proces Le Clercq door noodweer of verlies aan de Duinkerker kapers twaalf prijzen met een totaal waarde van 1.518.000 aan buitgeld hadden verspeeld"! Hoewel de waarde van de afzonderlijke prijzen in het stuk overdreven is, is deze schatting waarschijnlijk toch niet ver bezijden de waarheid. Niet toevallig bereikte de opbrengst van de Zeeuwse kaapvaart juist in de jaren na de Spaans-Engel se vrede een dieptepunt. Terwijl in 1630 nog het fenomenale bedrag van 2.196.156 aan buitgeld werd ontvangen, verkochten de veilingmeesters van de Zeeuwse admiraliteit in 1631 en 1632 nog maar voor respectievelijk 1.109.574 en 856.062 aan prijsgoede- rens\ Dat de Spanjaarden om dit doel te bereiken Daniël Le Clercq tot speelbal van de internationale politiek maakten, zal weinigen hebben verbaasd. Net zoals op zee de wind kon veranderen en behaalde buil door storm verloren kon gaan, behoorden ook politieke veranderingen tot de vele risico's van het kaapvaartbe- drijf waarin het snel kon verkeren. Daniël Le Clercq had deze politieke stroming duidelijk tegen. Door het samenvallen van een ontluikende Spaans-Engelse toe nadering en het absolute hoogtepunt van de Zeeuwse kaapvaart tijdens de Tach tigjarige Oorlog viel hij ten prooi aan de grotere belangen der diplomatie tussen Spanje, Engeland en de Republiek. Terwijl de reders van Daniël Hardenberch in 1631 hun winsten al konden uittellen, moest Le Clercq nog jaren procederen met uiteindelijk een voor hemzelf én voor de Republiek teleurstellend resultaat. Wellicht hel meest schrijnend van alles was nog wel dat de reders van Daniël Le Clercq, die voor de grote mogendheden de kastanjes uit het vuur van de Spaans-Engelse toenadering haalden, grotendeels met de proceskosten werden opgezadeld, terwijl het proces zelf op termijn bovendien winnaars noch verlie- 82. ARA. SG 5892 II (Lias Eng.) 'Memorie vande schade geleden bij die van Zeelanl ende meest al de stadt van Vlissinge, ofte de ingesetenen van dien. daer van hel lant ende syn Princelijcke Excelle- eie haer part oock hebben moeten derven door het missen van de havenen van Engelanl sedert het ac- cort tusschen den Coninck van Engelant ende den Coninck van Spagnien, also te vooren de prysen daer vryelyck mochten incoemen om convoy te verwachten, also het heeft gebleken dat Capiteyn Daniel le Clercq aldaer is ingecoemen inde maenl van december 1630 met meninge aldacr convoy te verwachten, ende is tol den dach van heden in arrest ende in proces lot groote costen vande reders, welcke prys so hy hadt in salvo mogen comen soude gerendeert hebben over de 25.000". 83. ZA. Rekenkamer C 41460-42240. 61

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1999 | | pagina 71