Jaarverslag van de secretaris
102
JAARVERSLAGEN 2002
Bestuur
In 2001 is veel energie gestoken in het aanhalen van de band tussen bestuur en
andere gremia van het Genootschap. In 2002 is veel aandacht geschonken aan
contacten met andere organisaties op cultureel gebied. De bedoeling hiervan was
om het Genootschap en haar verzamelingen meer bekendheid te geven, maar ook
om te kijken wat diverse organisaties die zich bezig houden met het cultureel erf
goed voor elkaar kunnen betekenen. In dit kader is eind augustus een symposium
georganiseerd over het oudste deel van de collectie van het Genootschap. Dit sym
posium was onder andere bedoeld voor leden van de Culturele Raad, het bestuur
van het Genootschap, conservatoren en relevante derden. Hiernaast zijn er ken
nismakingsgesprekken gevoerd tussen bestuursdelegaties van het Genootschap en
delegaties van de Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland en Scoop. Uit genoemde
bijeenkomsten kwam steeds naar voren dat het Genootschap meer heeft te bieden
dan men in eerste instantie denkt. Er ligt dus een belangrijke taak om het Genoot
schap grotere bekendheid te geven bij een breder publiek.
In het verslagjaar is gewerkt aan de aanpassing van het bruikleencontract met de
Zeeuwse Bibliotheek. Een en ander is helaas nog niet afgerond, onder meer omdat
met betrekking tot de eigendom van diverse boeken enige onduidelijkheden
bestonden. Ook het bruikleencontract met het Zeeuws Museum is aan de orde
gekomen. Het lijkt een goede kans om met een nieuw aangestelde directeur en een
nieuwe Raad van Toezicht bij het Zeeuws Museum de zaken nader te reglemente
ren en te verduidelijken, voor zover dat nog niet is gebeurd.
In het verslagjaar is een aanzet gegeven voor een discussie over het beleid met
betrekking tot dubbele exemplaren, met name uit de Zelandia Illustrata. Er is nog
geen standpunt ingenomen.
Een tweetal ontwikkelingen baart het bestuur zorgen: het teruglopend aantal
leden van het Genootschap en de problematiek rond de verkoop van de Agenda.
Voor wat betreft het eerste is aan de werkgroepen en commissies gevraagd met
ideeën te komen over hoe de teruggang een halt toegeroepen kan worden. Helaas
is hier niet veel uitgekomen, maar het blijft een punt van aandacht. Aan het
Genootschap kleeft kennelijk nog teveel een aureool van 'elitair' (op welke wijze
dan ook). Het bereiken van potentieel geïnteresseerden is een belangrijk aan
dachtspunt en het bestuur staat open voor suggesties terzake.
Met betrekking tot de Agenda het volgende: ieder jaar wordt door de Agenda
commissie een prachtige agenda samengesteld. Het probleem is echter dat in feite
praktische medewerking voor acquisitie en verspreiding ontbreekt. Hierover heeft
ook overleg plaatsgevonden met de Agendacommissie. Het zou buitengewoon
spijtig zijn om vanwege een gebrek aan menskracht een dergelijk project, waarin
zeer veel tijd wordt gestoken door de leden van de Agendacommissie en dat een
geweldige publicitaire waarde heeft, in de toekomst te moeten afblazen. Nadere
reflectie met betrekking tot dit praktische probleem, heeft tot nu toe helaas niets
opgeleverd.