KOSTELYCKE WAREN 23 Afbeelding 6. Gezicht op de Oostpunt van de Middelburgse haven aan het eind van de zeven tiende eeuw. ZA, KZGW, Zei. 111. 11-272. d'Enghelse al sullen nemen het geene sy crygen connen, ende geen scepen sullen vry laeten'. Indien in Spanje al goederen op Hollandse schepen geladen zijn, advi seert hij deze op andere, neutrale schepen over te zetten en zo mogelijk schepen met bestemming Oostende te kiezen. Nieuwe orders moeten maar even wachten.78 Ook in de eerste maanden van 1672 is er sprake van 'geslooten water' en kunnen er geen goederen verzonden worden. De handel op het zuiden ligt enige tijd bijna geheel stil. Slechts een enkel schip, zoals de Westerwijck verlaat de Zeeuwse rede met bestemming Cadiz en deze vaart dan 'om de noort'. De firma Forchondt weet dankzij haar goede contacten in Vlissingen op dit schip plaats te vinden voor een ldeine zending schilderijen.79 In alle gevallen blijken de agenten er de voorkeur aan te geven de goederen zo lang mogelijk in hun pakhuizen op te slaan en pas op het laatste moment aan boord te brengen. Niet alleen zijn de klimatologische condities in de pakhuizen beter dan op de schepen, ook kan men zo de keuze voor het juiste schip of een goed konvooi beter beheersen. Een betrouwbare schipper is natuurlijk belangrijk in tijden van gevaar, maar ook voor firma's die willen smokkelen is het zaak de juiste persoon te vinden. Wederom bemiddelen de Zeeuwen graag. Michiel Donkers schrijft de firma van Colen in oktober 1657 dat hij hun pakje kant met bestemming Londen heeft meegegeven aan Willem Smith, een schipper, die zeer ervaren is in het 'in stilte in te brengen' van handelswaar.80 Het smokkelen van kant

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2003 | | pagina 25