JAARVERSLAGEN 2003
163
een messchede uit dezelfde collectie werden getoond op de expositie 'Over-leven.
Indianen van Noord-Amerika' in het Amerika Museum in Cuijk, van november
2003 tot november 2004. De collectie Sprenger is een bijzondere volkenkundige
verzameling waarvan vaak objecten worden tentoongesteld. De uit Domburg
afkomstige Meinard Sprenger, die eind negentiende eeuw enige tijd bij de
Zwartvoetindianen in het huidige Canada woonde, schonk vele tientallen voor
werpen die hij naar Zeeland had mee teruggenomen aan het Genootschap. Er
waren dit jaar geen aanwinsten.
Natuurhistorische voorwerpen: Onderafdeling mineralen en gesteenten
De conservator E.C. Westland bericht als volgt:
De verhuizing van de collectie gesteenten en mineralen naar het nieuwe museum
depot werd in 2003 voltooid. Als laatste kwam nog een doos met de naam Fokker
tevoorschijn, waarvan werd aangenomen dat dit onderdeel was van de Fokker en
Seelheimcollectie. Bij het uitpakken bleek het echter om een kleine verzameling
van ene 'mejuffrouw Fokker' te gaan. In het depot werd gewerkt aan een 'interne'
verhuizing met als doel een meer systematische indeling en een duidelijk onder
scheid tussen de oude en de recente verzamelingen. Tevens werd een begin
gemaakt met het digitaliseren van de gegevens. De verzameling zwerfstenen is
inmiddels gereed. Gewerkt wordt aan de mineralencollectie van Philip
Cambridge. De collectie zwerfstenen werd dit jaar uitgebreid tot een totaal van
350 stuks en geeft nu een redelijk compleet beeld van de Noordelijke en
Zuidelijke zwerfstenen die in ons land gevonden worden.Een bijzondere aanwinst
was de aankoop van een fraai stukje goud in kristalvorm, een zeer zeldzame ver
schijningsvorm van goud. Een mooie laatste bijdrage van de vertrekkende conser
vator Jacques Moraal. Interessant was ook de determinatie van de knollen van ver
harde klei die regelmatig bij de bottenvistochten mee naar boven komen. Er lagen
al enkele in het depot met de vermelding 'nog te determineren'. Tijdens de bot-
tenvistocht van Kor en Bot op de Oosterschelde op 20 augustus werden werderom
vuistgrote kleibollen opgevist. Collega Freddy van Nieulande zaagde twee van deze
knollen door, waarna bleek dat het ging om zogenaamde klei-ijzerstenen, die
gedeeltelijk in Limoniet en Hemamiet zijn omgezet. Eén van de weinige natuur
lijke mineraalvormingen die Zeeland rijk is. De stukken zijn opgenomen in de col
lectie.
Natuurhistorische voorwerpen: Onderafdeling Mollusken
De conservator F.A.D. van Nieulande bericht als volgt:
Zaterdag 5 juli werd de jaarlijkse bottenvistocht op de Westerschelde gehouden.
Er werden veel walvisresten naar boven gehaald. Meest belangwekkende vangst
was een rostrum (snuit) van een Miocene spitssnuitdolfijn, vermoedelijk
Eurhinodelphis cristatus, een voor Nederland nieuwe soort. Ook het ophalen van
een gave klep van Pseudamussium princeps (Sowerby, 1826) welke door snel
ingrijpen van Bart de Jong gered kon worden, voordat de neerbuitelende kor nog
meer schade kon aanrichten, was bijzonder. In het proefschrift van C.O. van
Regteren Altena uit 1937 wordt op pag. 59 vermeld onder Chlamys princeps (J.
Sowerby, 1826), I. Westerschelde bij Terneuzen ex., 1932, M.M.); M.M. staat
hier voor het Museum van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen te