DAGBOEK 181 Officieren wendden zich aan hunnen Oversten, den Collonel van het 151 Regim. Lebruin, die, een Spanjaard van geboorten, 28 jaren in hollandschen dienst geweest was in ons land getroud zijne vrouw 9 kinderen aldaar hadt agter- gelaten. Hunne voorstelling werdt van de hand gewezen, zoo ook mijne schrifte lijke (8*)143 mondelijke bij den Generaal, die mij antwoordde: dat ik door de voorstelling alleen reeds gevangenschap verdient had, dat hij mij indien ik onderstond1'1 met de Croaten te vertrekken, met geweld uit hun midden slepen dood schieten laten werde, ook in geval ik mij bij hunnen uitmarsch op straat vertoonde. Mijn antwoord was, dat ik officier zonder troupes zijnde, geen geweld gebruiken of keren konde, dat ik ook niet van mening ware mij van de magt der andere te bedienen, dat ik, indien ik dit willens geweest ware, andere wegen zoude zijn inge slagen, dat ik eindelijk, niettegenstaande zijn weigerend antwoord, geloofde mij nen plicht gedaan mij dus vrij gesteld te hebben van alle reproches, die ik van wegens mijnen nu wettigen Souverein verdienen zoude, indien ik, gelijk de overi ge, geen gehoor gegeven had, aan de oproeping onzer Bondgenoten. Den 25 26 Januarij werden de geldsaangelegendheden met de Croaten geregeld. Men observeerde omtrent hun de grootste waakzaamheid.145 De nagten werden door de meeste slaaploos doorgebragt &C alle groote, zoo ook de commissairen, die in de Armee gewoonlijk het meest te verliezen hebben, verzamelden zich des nachts op het Slot, het geen met een Canon, een paar Spaansche Ruiters een wagt van 300 mannen bij zijnen ingang verdedigt werdt, terwijl de trap, die in den tuin leidde, afgebroken verbrand werdt. Den 26sten worden de kleine straten, die naar het slot voerden, verrammeld door Leger-wagens. Een tweede kanon werdt voor het kasteel geplaatst, twee werden voor de Breslauer-Poort geplant, de Pruissische-Poort werdt gesloten, deszelfs toe gang belet door wagens de brug afgebroken. Tegen den avond werdt 80.000 p[on]d bus-kruid in de Raadskelder, veele duizende ponden in andere gewelven gebragt, de Mineurs met brandende lonten bij dezelve geplaatst, met order, om bij de eerste beweging der Croaten de stad in de lugt te springen. Alles was onder de wapenen, geen twee schreden kon men doen, of men ont moette een schildwagt. Hoe ligt hadt een gering toeval hier alles in werking kun nen doen brengen! Dan de Croaten sliepen gerust, ook ik was het, vetrouwende op de verzekering der Croaatsche officieren, dat zij niets ondernemen zouden tegen eene garnizoen, waar meede zij zoo lange gedient hadden. Dit hadden zij bij gelegendheid van een dejeuné, dat hun de fransche officieren twee dagen te voren gegeven hadden, versproken, met bijvoeging dat zij evenwel niets tegen den vijand verdedigen zouden, wanneer deeze ook denzelfden nagt met storm kwam.146 Ik twijffel, of deeze hunne verzekering opregt was, daar ik onder hun veele malen van een ander plan gehoord had. Dan de Frankforters Saxen hadden hun, zoo als boven reeds gezegd is, laaghartig verlaten hun dus te zwak voor eenige wig- tige onderneming agtergelaten. Waarschijnlijk was de oorzaak deezer algemeene vreeze door een schrijven van den Heer von Blumenstein aan de Bondgenoten den Generaal-Gouverneur, waar van hiernevens de copie (num. 9 10).

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2007 | | pagina 183