208
DAGBOEK
ziektes. 'Hij legde toen dagelijks 120 visites af en hieronder vele buiten de stad en
in de allereerste kringen', aldus De Man in zijn handschrift. Hieruit is ook te ver
klaren dat in zo'n tijd De Jonge niet thuis dineerde 'maar bij de een of anderen zij
ner zieken' - en De Man noemt in zijn geschiedenis van de geneeskundige school
1826 een koortsjaar. Hoe dan ook, het maakt duidelijk dat De Jonge bij standge
noten kon blijven eten.
Hij was wel wat 'kort', zegt De Man tussen aanhalingstekens - in het midden
latend of hij de tijd van een visite bedoelt ol De Jonges karakter.ls5 Hij kon er in
ieder geval niet tegen als iemand zich met zijn praktijk bemoeide. Er zijn nog wel
andere gegevens die op een 'kort karakter' wijzen.
Nu is het relevant De Man uit zijn aantekeningen letterlijk te citeren met betrek
king tot de oprichting van de Provinciale Geneeskundige School te Middelburg in
1824: 'De Geneeskundige School is eigenlijk door hem en voor hem opgericht.
Hij wilde doceeren en deed dit met veel nauwgezetheid, reeds des morgens 7 uur.
Het reglement, dat de Koninklijke Sanctie behoefde, had hij zelf gemaakt en er in
geplaatst, dat de leeraren den titel van Professor of Lector zouden verkrijgen,
daardoor schonk de Koning hem later den titel van Hoogleeraar, hetgeen aan
Aib. 15. Portret van C.H. Lantsheer, steendruk, z.j. Zeeuws Archief, Familiearchief De Jonge,
inv.nr. 126.