PIERRE BOREL 87 De eerste, Jacob Willemsen dus, zei dat die man Johannes Laprey werd genoemd en dat hij in de Kapoenstraat van deze stad woonde in het huis waar tegenwoordig een kleermaker woont, of het buurhuis (daar twijfelde hij over). Hij zei dat zij bekenden waren zolang hij brillen maak te, en ook later, toen hij lange kijkers of telescopen bouwde. Dit speelde zich meer dan vijftig jaar geleden af. Hij zei dat genoemde Laprey volgens hem al twintig jaar dood was; hij wist zeker dat Laprey hier, in de stad, gestorven was. Als argument voor deze verklaring voegde deze getui ge toe dat hij een naaste buur van hem was geweest; het was maar vier of vijfhuizen verder en ze waren goede bekenden. Daarbij nog het volgende, zoals hij toentertijd gehoord had: toen genoemde Johannes Laprey de eerste door hem gebouwde telescoop aangeboden had aan prins Maurits, heeft hij vanwege de uitmuntendheid ervan een geschenk gekregen. [33] Eewoud Kien heeft helder en duidelijk verklaard dat de naam van de man die altijd telescopen maakte, Johannes Laprey uit Wesel was. Laprey heeft in deze stad in de Kapoenstraat gewoond, in het huis met de Telescoop, dat tegen de Nieuwe Kerk aanligt, naast het huis met de Slang. Beide huizen waren eigendom van Laprey. Hij bevestigde dat Laprey hier in 1610 begonnen was met het bouwen van genoemde telescopen, dat hij gestorven is in oktober 1619 en hier begraven is. Deze getuige voerde als argument voor zijn kennis aan dat hij met de dochter van Laprey getrouwd was geweest en dat genoemde Laprey aan de Staten en aan prins Maurits enkele van zijn telescopen aangeboden had. Hiervoor was hem een geldbedrag en een privilege voor drie jaar toegekend. Ten slotte heeft Abraham de Jonge als getuige verklaard dat de eerste man die in deze stad lange kijkers gebouwd heeft, de naam Hans, Johannes, droeg. De Jonge kende zijn achternaam niet, maar hij werd gewoonlijk Johannes de brillenmaker genoemd. Hij woonde in de Kapoenstraat van deze stad, hoewel De Jonge niet precies wist in welk huis. Het was volgens hem vijfenveertig of zesenveertig jaren geleden dat die Johannes de eerste lange kijkers gebouwd had. Deze getuige kende hem veel jaren eerder al, [34] toen Johannes nog geen bril lenmaker was, maar opperman in de bouw. Als argumenten voor zijn kennis gaf deze getuige aan dat hij al bijna vijftig jaar in hetzelfde huis woont, dicht bij Johannes, in het buurtschap de Wall, en dat hij die Johannes naar zijn graf gedragen heeft. Hij zei ook dat hij wist en vaak gehoord had dat voornoemde Johannes bruikbare lange kijkers en telescopen gebouwd had voor de zeer doorluchtige prins Maurits. Als teken voor de betrouwbaarheid van deze woorden hebben wij, burgemeesters en schepe nen voornoemd, opdracht gegeven deze woorden te voorzien van het klein-zegel van onze stad en hen te laten ondertekenen door een van onze secretarissen. 3 maart 1655. Het zegel Getekend: Simon van Beaumont Willem Boreel, ambassadeur van de Verenigde Nederlanden, groet Pierre Borel, arts van de koning, zeer hartelijk U vraagt mij u per brief, kort, aan te geven wat ik betrouwbaar vind over de uitvinding van de sterrentelescoop. Lees dan wat ik zeg. [35] Middelburg, de hoofdstad van Zeeland, is mijn vaderstad. Naast het huis waar ik geboren ben, op de Groentemarkt, is de Nieuwe Kerk; een paar eenvoudige huisjes zijn opgetrokken tegen de muren ervan. In een hiervan, bij de Muntpoort in het wescen, woonde in 1591 (mijn geboortejaar) een bril lenmaker met de naam Hans. Zijn vrouw heette Maria en hij had behalve twee dochters een zoon Sacharias, die ik heel goed kende omdat we van jongs af aan buurjongens waren. We

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2007 | | pagina 89