PIERRE BOREL
93
Waarom hebben we ons tot nu toe niet in de meeste dingen vergist? Laten we de
nevels uiteenjagen, laten we het duurzame licht van de waarheid, dat verder ver
duurzaamd moet worden, in goede staat behouden en beschermen. [47] Weg met
jullie, nutteloze ruzies, giftige polemieken, dodelijke haat, slachtpartijen van goede
naam en eer, vechtpartijen tussen alle geleerden over flauwekul, en vaak nog nut
teloos ook. Ieder die zich zonder te wanhopen inspant om te offeren voor een
goede geest in deze goddelijke tempel, zal onvermoeibaar naar de tempel van
wetenschappen en kunsten vliegen, om door zijn roemrijke kwaliteiten, nu zijn
boeien verbroken zijn, eindelijk de onsterfelijkheid te bereiken. Hoeveel nuttige
toepassingen er vervolgens uit de mensen voort zullen komen, is niet te zeggen.
Enkele onbetwistbare woorden zullen de kern vormen van elke wetenschap en elk
onderricht in de kunsten. Hoe groot zal de besparing zijn van ons kostbaarste
bezit, namelijk de tijd, die we nu bijna helemaal vullen met nutteloze studies over
een hoop vage onzin en flauwekul? Laten we ons tijdig concentreren op de oogst
van echte kennis, laten we de passende vruchten plukken en laten we met het
meeste succes de jaren van kracht wijden aan de staat, de kerk of de literatuur,
omdat wij die tegenwoordig overal zeer zichtbaar worden, door geen enkele dwa
ling of splitsing om de tuin geleid zijn. Een goed opgeleid verstand zal altijd stof
hebben om de onbegrensde werken van de onbegrensde God te overdenken.
Alleen daarin kan de vervolmaking van het leven gevonden worden. Niet dat ken
nis van het echte systeem van de wereld boven dit alles kan staan, maar dat wij vrij
er zullen zijn als we deze onwetendheid en onzekerheid, waardoor we nu in ellen
de verkeren, verjaagd hebben. [48] We zullen ook onze vooringenomenheid afleg
gen over dingen die we wel willen maar niet kunnen weten. Dan zullen we onze
aandacht en onze tijd richten op kunsten en wetenschappen, waarmee kerk, staat
en familie het best geregeld, bestuurd en beschermd kunnen worden tegelijk met
de eer, de hoogste roem en het goede gedrag van alle burgers.
We zullen vervolgens iets zeggen over de bruikbaarheid en de resultaten die een
zorgvuldiger beoordeling met de telescoop al opgeleverd heeft.
Vroeger kenden Ptolemaeus en mensen vóór hem aan een hemelstreek honderd
jaar toe waarin de vaste sterren slechts één graad voortgingen/' Albutechnius zes
enzestig en Tycho Brahe iets meer dan eenenzeventig jaar. Maar nu zal het gebruik
van de telescoop mogelijk maken dat de precieze loop en voortgang van deze ster
ren exact worden vastgesteld.
De lengte- en breedtegraden van alle vaste sterren zullen nauwkeurig worden
genoteerd.
Tycho Brahe had vóór de uitvinding van de telescoop het aantal vaste sterren al
met honderd uitgebreid. Hoeveel meer zien wij er en zullen we er zien als bewijs
van de glorie van God, als we enthousiast verdergaan met toevoegingen aan de
ontdekte sterren en niet ophouden bij dit begin. Want, zoals de beroemde
Hevelius zei, het hemelgewelf bevat al een kleine duizend vaste sterren, [49] maai
er zullen er nog duizend maal duizend ontdekt worden als we gaandeweg de vol
maakte telescoop kunnen bereiken.
Nevelachtige sterren van de uitgestrooide sterren, van de zwakke sterren en van de
melkweg zullen oneindig veel sterren verlichten en zij zullen zich vormen tot
ontelbare nieuwe sterrenbeelden. Rondom de grote en kleine sterren zijn er al heel