Inleiding'
Eind september 2008 zal het precies vierhonderd jaar geleden zijn dat de brillen
maker Hans Lipperhey met een aanbevelingsbrief van de Staten van Zeeland op
zak van Middelburg naar Den Haag reisde om bij de Staten-Generaal patent aan
te vragen voor een seecker instrument om verre te sien.2 De aanbevelingsbrief
voor Lipperheys octrooiaanvraag is het oudste document ter wereld waarin met
zekerheid over de verrekijker wordt gesproken, al moest dat woord toen nog wor
den bedacht (zie afbeelding l).3 In Den Haag mocht Lipperhey zijn spectaculaire
creatie zelfs demonstreren aan prins Maurits en een groot aantal hoogwaardig
heidsbekleders.'1 Ook de Staten-Generaal en vertegenwoordigers uit alle provincies
bekeken de vinding. Deze demonstraties leverden Lipperhey een drietal forse
orders op, en de tijdens de demonstraties geuite interesse voor een instrument dat
geschikt zou zijn voor twee ogen, leidde er nadien ook toe dat hij ook de ver
vaardiger werd van de eerste bekende binoculaire verrekijker.
Het begeerde patent kreeg Lipperhey echter niet, eenvoudigweg omdat zijn
vaardigheid om dit produkt te maken ook al aan anderen bekend bleek te zijn.
Kort na hem meldde zich een zekere Jacob Metius uit Alkmaar, die beweerde al
twee jaar over een dergelijk instrument te beschikken.5 Later bleek dat Lipperheys
vinding ook betwist werd door zijn stadsgenoot Sacharias Jansen.6
De vergrotende werking van een 'Hollandse verrekijker', die uit een combinatie
van een bolle en een holle lens bestaat, is inderdaad zo eenvoudig na te bootsen,
datje er alleen maar van gehoord hoeft te hebben om het apparaat ook te kunnen
maken. Het probleem was meer hoe men aan goed glas moest komen dan hoe het
werktuig moest worden geconstrueerd. Het feit dat in 1581 te Middelburg de eer
ste glasblazerij in de Nederlanden was gesticht, zal er debet aan zijn geweest dat
het nieuwe instrument juist in deze stad opdook/ Niettemin verzochten
Lipperheys Haagse klanten hem na zijn demonstratie om de bestelde kijkers met
Afb. 1. Originele minuut van Lipperheys patencaanvraag van 2 oktober 1608. Nationaal
Archief, Den Haag, Archief Staten-Generaal.